moeders en minnaars

Thursday, October 06, 2005

Donderdag 6 oktober 2005

De laatste dag, de laatste versie. Gegoochel met de feiten, deel 7.
Het begin van de dagboekversie van een waargebeurde liefdesgeschiedenis.

Zondag 10 april 2005

Nou ja zeg, dat is echt weer typisch iets voor mij; word ik na twee en een half jaar eindelijk weer eens zomaar uit gevraagd, en met zomaar bedoel ik zonder dat ik zelf enige moeite heb hoeven verrichten zoals bijvoorbeeld klusjesmannen mijn slaapkamer in te lokken omdat ik een voorzetwandje wilde laten plaatsen - en dan had ik hem gelijk waar ik hem hebben wilde, dan wel op subtiele wijze e-mailadressen achterhalen om vervolgens desbetreffende man lastig te vallen met allerhande liedteksten waarvan ik hoopte dat hij ze op muziek ging zetten (hoewel dat eigenlijk bijzaak en excuus was, ik lustigde hem gewoon) of toch op zijn minst in dronken of ieder geval aangeschoten staat mijn 06-nummer aan barmannen op te dringen, want die waren (vroeger, bleek achteraf) zo makkelijk, sms-t hij af!
De lul.
Niet dat ik de hots voor hem had. En hoe ik ook mijn best gedaan heb de afgelopen twee weken er in mijn hoofd iets opwindends van te maken, echt spannend wilde het maar niet worden. Maar als je eerst voorstelt om drie dagen Antwerpen te doen, alhoewel je zelf ook wel inziet dat dat wellicht wat heftig is voor een eerste date, en dan als de dag eenmaal is aangebroken waarop die gaat plaatsvinden het volgende sms-je eruit knalt (en ik citeer nu): ‘Nu nog lekker aan het stappen in A’dam (tijdstip van versturen 4.44 uur) maar voel me erg verkouden worden… evt. afspreken later deze week ?? X,C.,’ dan spoor je niet helemaal.
Is het nu de bedoeling dat ik ‘ja leuk’ antwoord? Mijn pas aangeschafte supersonische mobiele telefoon kan veel meer dan ik wil en aankan maar in dit geval mis ik toch iets. Waarom zit er bij de icoontjes niet een opgestoken middelvinger?
Ik kan natuurlijk een foto, met mijn – jawel – telefoon maken, van mijn eigen hand en die terug sms-en maar dat is me teveel moeite. Ik had er al aangedacht om eergisteren mijn benen te ontharen, drie dagen daarvoor de bikinilijn (die haren groeien nu eenmaal wat minder snel maar dat wil nogal eens wat rode bloederige puntjes opleveren, dus daar moet je écht van tevoren aandenken, oksels kunnen het allerlaatst), om mijn spijkerbroek te wassen zodat die lekker strak zou zitten vanavond en ik heb zelfs lopen overwegen de pil maar gewoon een keertje door te slikken zodat de geplande eerste date niet samen zou vallen mijn beginnende menstruatie.
Is dat wellicht een aardig antwoord: geeft niet hoor C., nu nog lekker een kater van gisteravond maar voel dat ik erg ongesteld ga worden… duurt meestal maar een dag of vijf bij mij, sms 2, dus dat brengt ons op, even rekenen, op komende zaterdag, maar dan zijn helaas mijn kinderen gewoon het weekend bij mij, nou ja, wellicht in de tulpvakantie?
Weinig sexy.
Ik laat het maar gewoon voor wat het is en antwoord niet, zoals ik al schreef, ik had toch niet de hots voor hem. De feitelijke reden van al dat ontharen etc. was dat ik dacht; weet je wat jij moet doen: je moet een andere vent neuken, dan kom je vanzelf wel over die kleine prins heen. En deze C. wekte de indruk dat hij wel zin had. Tja, tweeling van sterrenbeeld, ik had het kunnen weten.
Mooiste moment van de dag: Terwijl ik voor mijn raam sta, zie ik een moedereend met acht fluorescerend gele en vier bruine pulletjes achter zich aan zwemmen. En ik wenste voor even dat mijn jongens nu al thuis waren, mama gaat toch nergens heen vanavond…

Wednesday, October 05, 2005

Woensdag 5 oktober 2005

Ik las vandaag mijn blog en dacht: Welk één Zot is deze vrouw, de Dwaas in hoogsteigen persoon.
Mooiste moment van de dag: Ik heb gevonden wat ik zocht, echter niet voordat de laatste dag geschreven is.

Tuesday, October 04, 2005

Dinsdag 4 oktober 2005

Mijn oudste jongen zei vandaag: ‘Ik heb nog nooit liefdesverdriet gehad, dat wil ik graag zo houden.’ Dat was naar aanleiding van een gesprek over zijn verse verliefdheid - nieuwe klas, nieuwe meisjes - op O. Maar omdat hij dat níet tegen haar durft te zeggen, heeft hij besloten aanstaande vrijdag, de dag waarop je moet vrijen, althans als je zes en een half en een kwart bent, met zijn vorige liefde P. te gaan zoenen.
Een gemiddeld mensenleven in een notendop.
Ik kan hier nog een hoop grote woorden op los laten maar waarom zou ik? De ultieme wijsheid over hoe het leven is - wat je tegenkomt, waar je voor zult weglopen, hoe je zult handelen uit herhaling, overgenomen patronen en andermans waarden en hoe jij je verstand (angst) zult laten zegevieren over je gevoel (liefde) - ligt hierin besloten.
Tot de dag aanbreekt waarop jij je eigen dappere hart weer hoort kloppen. De dag waarop jouw pad schemert tussen de mistflarden van het verleden en de gecompliceerd vallende dominostenen van het lot een andere kant beginnen uit te vallen. Hoewel het aanvankelijk lijkt alsof ze immer doordenderden in dezelfde destructieve richting maar stiekem toch de weg zijn ingeslagen die jouw eigen wereld rond begint te maken. Al het voorgaande, zo blijkt dan, was slechts een grote illusie. Maar wel één die nodig was.
Leven is gewond raken. Zien dat je gewond bent, is helen. Sommige mensen plakken pleisters - wat je niet ziet, is er niet - andere mensen, zoals ik, krabben net altijd één dag te vroeg het korstje eraf. Ook dat heeft zijn reden, ook dat heeft zijn zin. Tot het zijn zin verliest. En dan bleek dat ook weer een illusie te zijn.
Mooiste moment van de dag: De echtheid van mijn jongens, van het eerste tot en met het laatste uur.

Monday, October 03, 2005

Maandag 3 oktober 2005

Wie leent op maandag, brengt terug op maandag. Niet persé vanwege de bibliothecaris, vanwege de uiterste inleverdatum.
Vandaag trof ik weer een man, een nog leukere. Zoals hij naar mij lachte, dacht ik: wij hebben helemaal geen Parship nodig. Enfin, ik ga me daar toch officieel afmelden. Ik ga niet meer blind daten en het is tijd geworden mijn sporen langs de digitale snelweg uit te wissen. Niet dat ik officieel, dat wil zeggen betalend, lid was geworden. Zoiets hoeft niet eerder dan dat je een contactverzoek krijgt en uit nieuwsgierigheid - want dat wil je natuurlijk graag lezen en dat kan pas nadat je betalend lid bent geworden - je creditkaartgegevens intoetst. Je kunt echter wel zien, als niet-betalend lid, wie jouw profiel bezocht heeft. Van alle ‘goednieuwsberichten’ van Parship die ik heb ontvangen, is dat er precies één geweest.
Ik neem aan dat het systeem over en weer werkt, als ik een matchkandidaat krijg thuisgestuurd, dan ga ik ervan uit dat hij ook een matchkandidaat, die ik dus ben, krijgt thuisgestuurd. Ik kan tot geen andere conclusie komen dat de wetenschappelijke test, die overigens behoorlijk veel overeenkomsten heeft met mijn persoonlijke horoscoop, zeer goed werkt. Ik bezocht, op drie keer na, ook nooit de desbetreffende profielschetsen. Mijn matchpartners zijn net als ik, op een zeker moment in de verleiding gekomen van het testje en hebben het, net als ik, daarbij gelaten. Mijn matchpartners en ik hebben Parship niet nodig. Mijn matchpartners en ik zijn niet van het internet-daten. Mijn matchpartners en ik hoeven elkaar alleen maar in het echt tegen te komen. En dan nog tijd, durf en gelegenheid te hebben. Zo hij mijn matchpartner was, het ontbrak ons beiden vandaag aan alledrie. Tja, je past bij elkaar, of niet.
Mooiste moment van de dag: Na schooltijd ging ik in de klas van mijn oudste jongen de Michaëlstafel - met draak, ridder en jongetje met vlieger - vervangen door de herfsttafel - met eikelkindertjes, kabouterechtpaartje en eekhoorns (ja, u weet wel, sprookjeswollen figuren maken, één van mijn weinig sexy hobby’s). Ik ken de nieuwe juf van mijn oudste jongen nog niet goed, zij kent mij niet goed. Maar na pas zes weken doorziet ze mijn oudste jongen wél goed, ze zei: ‘Hij heeft iets Goddelijks.’ Mijn oudste jongen en zijn nieuwe juf passen bij elkaar. Dat is fijn om te weten.
Toen ik het klaslokaal verliet, riep ze mij nog na: ‘En jij kunt toveren.’ Het is een juweel van een landschapje geworden en een toverfee ben ik inderdaad maar ga zoiets maar eens uit leggen aan een wetenschappelijke test die dus behoorlijk veel overeenkomsten heeft met mijn persoonlijke horoscoop. Wetenschappelijk gezien stonden mijn relationele sterren gewoon een beetje kut. Dat duurt niet lang meer. Ik vertrouw op de toekomstvoorspellerij van mijn Goddelijke kind. Het lag trouwens ook in de kaart die ik in april gelegd heb, de ‘Engel van prille liefde’ voor de komende maand december. Als ik niets te doen heb: Ga ik een weblog bijhouden. Twee dingen waar ik echt niet zonder kan: Mijn oudste en mijn jongste jongen. Wat ik graag zou willen kunnen: Volledig vertrouwen dat wat ik wil, dat ik dat kan en zal bereiken ook. Ik had ‘ik over mijzelf’ nog niet ingevuld. Bij deze dan. Voordat de stekker eruit gaat.

Sunday, October 02, 2005

Zondag 2 oktober 2005

Ik weet nu trouwens ook waarom ik een man zonder kinderen wil. Het was altijd nog een beetje een twijfelgevalletje. Zo één waarvan ik dacht: Ja maar, een man met kinderen snapt tenminste dat het aan tafel soms gewoon een zooitje is. En niet onbelangrijk, dat etenstijd zo rond de klok van zessen ligt. Dat er af en toe iets niet door kan gaan omdat er een kind met hoge koorts in bed ligt. Of een belangrijk evenement, zoals afzwemmen, heeft.
Toen mailde een man mij het volgende: ‘Ik ben ooit, bewust, de oorzaak geweest van het verdriet dat jij beschrijft. Wellicht is er één verschil, ik ben bij de moeder van mijn kinderen weggegaan, nooit bij mijn kinderen. De pijn is er, voor zover ik mag beoordelen, niet minder om geweest.’
Het gaat mij niet om het feit of de man dader of slachtoffer is. Ik ben ook bij mannen weggegaan die daar verdriet om hadden. Relaties gaan stuk, liefde gaat voorbij. Maar relaties mét kinderen die eindigen, zijn van een heel andere orde. Ze eindigen namelijk niet.
De liefde wordt slechts vervangen door verdriet of boosheid. Waarlijk emotieloos tegenover de vader of moeder van je kinderen staan, daar kan rustig een heel mensenleven overheen gaan. En zelfs zij, die menen ‘goede vrienden’ te zijn geworden, hebben maar dit nodig om de vriendschap in exenverwijt te laten omslaan.
Maar het gaat mij vooral om die kinderen. Ik heb genoeg aan het echtscheidingsleed van die van mijzelf en van mijzelf. Dat mag misschien dramatisch klinken: ik heb het definitieve aantal echtscheidingen mét kinderen bereikt wat een mens in één leven kan verdragen. Wat ík kan verdragen dan.
Mooiste moment van de dag: Er heeft zich bij ons gezinsuitbreiding plaatsgevonden vandaag. En wel in de vorm van twee vissen: Swimmy Oranje en Zwabberstaartje Zilvervis. Zo het geen man en vrouw zijn, dan hopen mijn jongens dat in ieder geval één van de twee een reeds zwangere vrouw blijkt te zijn, het liefste allebei. Dat vaders in het tuincentrum is achtergebleven en het kroost vaderloos opgroeit, dat zij dan maar zo. ‘Vissen hebben toch geen hersens en bovendien ons.’

Saturday, October 01, 2005

Zaterdag 1 oktober 2005

De ultieme reden waarom dit mijn laatste lijstje is:

10, 9, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1. Aanstaande donderdag zitten de 180 voorgenomen dagen erop. Ik haal geen zaterdag meer dus.

Mooiste moment van de dag: Even over twaalven stond de buurjongen voor de deur, of mijn oudste jongen zin had om met hem te spelen? ‘Ik heb geen tijd,’ antwoordde mijn oudste jongen, ‘ik ga nu mijn A-diploma halen.’ En zo hij deed.

Friday, September 30, 2005

Vrijdag 30 september 2005

Mijn blind date was en is geen arrogant mens. Het is een integer mens met een waarachtig hart. Een zoon waar een moeder trots op kan zijn. Het lag niet aan hem. Dus lag het aan mij.
Dat heeft hij nooit gezegd, nooit gesuggereerd, nooit uitgestraald. Het ligt aan mij. En dat is een beetje het probleem van mijn leven: Het ligt altijd aan mij. Ik doe dus iets niet goed. Dat is niet zo, zo voel ik het. Doorgeschoten in mijn verantwoordelijkheidsbesef.
Ik weet vanaf de uren voor mijn geboorte tot aan deze seconde exact hoe het komt, dat gevoel dat het aan mij ligt en toch kom ik er niet vanaf. Ik schiet er niet doorheen, ik krijg het niet weg geaffirmeerd, uit mijn systeem gemediteerd, van de bank geanalyseerd enzovoort, enzovoort. Ik doe dus iets niet goed. Het is een vicieuze cirkel, het ligt aan mij. Altijd weer.
Stel, mijn man gaat vreemd, komt dat door:
a) Míjn flits van intuïtie daaromtrent die een negatieve gedachte, en dus een self-fulfilling prophecy, is geworden.
b) De verborgen loyaliteit die ík naar mijn moeder heb en dat ík geen andere manier kan bedenken om te laten zien dat ík van haar houd dan in haar voetsporen te treden.
c) Het feit dat ík niet genoeg van mijzelf houd en het dus voor een ander onmogelijk is om van mij te houden.
d) …
Het alfabet heeft niet genoeg letters om alle oorzaken, die dus bij mij liggen, af te lopen. Om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat zelfs dit ‘het ligt aan mij besef’ misschien niet waarachtig is, omdat het vanuit die optiek eenvoudig is om niet (lang) kwaad te zijn op iemand anders. Want al die mogelijkheden kun je ook op een ander loslaten en daarom zien dat hij niet anders kon handelen dan hij kon handelen, en terwijl ík dat wist of weet, toch niet heb kunnen voorkomen dat. Maar belangrijker nog, wellicht zit ik toch stiekem vol haat en woede over zijn vreemdgaan en vind ik dat geen schone emoties om te hebben, dus heb ík die toegedekt met het ‘het ligt aan mij gevoel,’ dat tenminste impliceert dat ik begrijpend en meedogend ben. Er is geen ontkomen aan, hoe het ook zij, het ligt aan mij.
De juiste formulering vinden is niet eenvoudig. Bovendien heeft groen voor mij een andere betekenis dan voor jou. Ik denk bij groen misschien aan grasgroen, jij denkt bij groen misschien aan… Ik kan het niet eens bedenken.
Woorden hebben een lading voor diegene die ze hoort of leest die vaak niet dezelfde lading is als van diegene die ze gezegd of geschreven heeft. Scarlet krijgt de kriebels van ‘het komt wel goed.’ Terwijl dat natuurlijk gewoon een opmerking uit een goed hart is. ‘Hoop dat je het een leuke etc.’ is geen kwalijke opmerking. Het is wellicht wat onzeker, maar lief bedoeld.
Ik heb vele mannen gekend die iets hoopten. Ze hoopten dat ik begreep dat, ze hoopten dat ik ze kon vergeven, ze hoopten dat dit onze vriendschap niet zou verpesten, ze hoopten dat ik niet gestopt was met zangles vanwege hun. ‘Hoop dat’ staat voor mij zo langzamerhand synoniem aan: eigenlijk interesseert het mij geen fuck. Want al dit soort hopen impliceert dat er een handeling zal volgen van bijvoorbeeld uit zoeken of ik het begrepen had, je best doen iets goed te maken, of op zijn minst contact onderhouden want je wilt mijn vriendschap toch niet kwijt. Ik wacht nog steeds.
Woorden, ook die uit een goed hart, kunnen vervormd binnenkomen. Dat heeft alles te maken met hoe vaak en onder welke omstandigheden je ze bent tegengekomen.
Mijn oudste jongen nadert de zeven, het moment waarop het luik gaat sluiten, de verbinding met boven gaat dicht. Dit is nodig want hierdoor komt hij in zijn verstand. Dat is al goed te merken aan hem. Hij, die al zo lang een vocabulaire heeft waar menig volwassene nog wat van kan leren, hij die vanaf dertien maanden is gaan praten in prachtige volzinnen en altijd, maar dan ook altijd, de juiste woorden heeft gebruikt voor hetgeen hij wilde zeggen. Nu vraagt hij bij bijna elk woord: ‘wat betekent dat?’ Waarop zijn broertje van vijf, die nog wel puur spreekt vanuit zijn gevoel - en net zo goed overigens - zegt: ‘Dat weet je toch wel.’ En die legt het dan vervolgens even uit. Maar mijn oudste jongen wil het van mij horen.
Een woord uitleggen zonder je eigen gevoel, trachten iets ‘schoon’ over te brengen is zeer moeilijk. Veel woorden hebben nu eenmaal een lading gekregen die voorbij de betekenis gaat. ‘Helling’ is zo lastig nog niet, ‘afvoeren’ heeft al weer een context nodig, ‘sexy’ betreft een persoonlijk gevoel.
Nu vind ik ‘sexy’ een leuk en spannend woord. Ik vind ‘sexy’ ook een leuk en spannend woord, want best uitdagend omdat het niet eenvoudig is, om uit te leggen aan een jongen van zes en een half en een kwart. Ik denk dat ik de betekenis van ‘sexy’ wel juist over krijg. Iemand van de zwarte kousen, vind ‘sexy’ wellicht een afschuwelijk en ordinair woord om uit te leggen aan een kind van zes en half en een kwart. Maar ook in die gezinnen stellen kinderen vragen. Die ouders denken ook dat ze de betekenis van ‘sexy’ juist overkrijgen en vanuit hun optiek gezien is dat ook zo (vergeef mij even dit gemakkelijke vooroordeel om iets te duiden).
Vanuit de ‘het interesseert mij geen fuck optiek’ gezien, waarvan de oorzaak dus bij mij ligt dat ik dat zo lees, kwam ik weer uit bij: ík doe iets niet goed. En inderdaad, ‘ik haalde mijzelf naar beneden,’ zo mailde hij vervolgens. Dat was olie op mijn vuur. Maar dat ligt niet aan hem, nogmaals, en dus aan wie ligt het dan?
Ik wil er zo graag vanaf, van dat gevoel, ik krijg het niet voor elkaar. Wat ik ook doe, wat ik ook probeer. Kortom: Ik doe dus iets niet goed, het ligt aan mij.
Mooiste moment van de dag: Mijn blind date belde mij op. Niet om zichzelf te verdedigen of om iets goed te praten maar omdat het hem wél interesseert. Hij heeft ‘hopen dat’ weer de juiste betekenis gegeven. Daar ben ik blij om want ‘hoop’ is een mooi woord. Niet dat ik er minder verdrietig van werd, van dat gesprek, maar nogmaals, voor alle duidelijkheid: DAT LAG NIET AAN HEM. Het ligt aan mij. Knappe vent, die dat uit mijn hoofd gepraat krijgt. Mijn ontmoeting met hem heeft trouwens veel weg van een bouquetreeksbegin: misverstand op misverstand. Nou, Nicoline, sla je nu niet een beetje door in je herstelde hoop? Een bouquetreeksman is lang, atletisch gebouwd en heeft altijd heel veel haar op het hoofd. Was de omschrijving van je blind date niet: kaal, postuur portier? Niet de man van mijn leven, wel een waardevolle ontmoeting.

Thursday, September 29, 2005

Donderdag 29 september 2005

Een één na laatste dag van de maand, een één na laatste versie. Gegoochel met de feiten, deel 6. De laatste pagina van de bouquetreeks-versie van een waargebeurde liefdesgeschiedenis.

Terwijl Sam voor de toilettafel, in de luxe suite van het Carltonhotel haar lippen zat te stiften, zag ze Jasid met enkel een handdoek om zijn slanke heupen geslagen, de badkamer uit komen. Vanaf zijn donkere, glad naar achteren gestreken, vochtige krullen, drupten druppels op zijn gebronsde, naakte huid. Haar adem stokte bij het aanschouwen van zijn grote, atletische gebouwde verschijning. Ze hield de lippenstift stil tegen haar licht van elkaar geweken, volle lippen. Haar hartslag versnelde, een lichte tinteling verspreidde zich over haar lichaam en concentreerde zich rond de binnenkant van haar dijen. Ze ademde diep in, in de hoop enigszins tot rust te komen.
Langzaam, maar met zekere passen, liep hij naar haar toe. Zelfs nu ze haar hoogste hakken aan had, torende Jasid minstens twintig centimeter boven haar uit.
‘Laat die lippenstift maar even zitten,’ fluisterde zijn stem hees in haar lange, slanke hals terwijl hij de sierlijke speld, waarmee ze haar blonde haren nonchalant had opgestoken, losmaakte.
‘Maar we moeten naar beneden,’ protesteerde Sam zacht. ‘Ze verwachten ons over tien minuten aan het banket. Wij zijn de eregasten van de avond.’
Jasid’s sensuele lippen streelden haar blote schouders. Met zijn tanden pakte hij voorzichtig het linkerspaghettibandje van haar ivoorkleurige, zijden onderjurkje. Tergend langzaam schoof hij het eraf. Vervolgens het bandje aan de andere kant. De zachte stof gleed als water, licht ruisend, van haar lichaam. Bruusk draaide hij haar om. In de beweging gleed zijn handdoek op de grond. Hun naakte lichamen raakten elkaar net niet maar ze kon zijn warmte voelen.
‘Ze wachten nog maar even, ik heb zo lang op jou gewacht.’ Er klonk een rauw verlangen in zijn stem.
Sam sloeg haar oogleden neer. Als ze eraan dacht dat ze hem bijna voorgoed kwijt was geraakt. Een traan welde op. Zijn duim volgde het spoor over haar wang. ‘Het is al goed Samantha, ik laat je nooit meer gaan, je raakt mij nooit meer kwijt.’ Ze wist dat het waar was. Ze waren voor elkaar geschapen.
Ze kon zich nog, als de dag van gisteren, herinneren hoe hij langs het tafeltje van het stijlvolle, pas geopende restaurant was gelopen, waar zij met haar nicht had zitten lunchen. Net op het moment dat Lucy wéér moest beginnen over het feit dat Sam geen man had. En hoe dat toch mogelijk was? Jasid was stil blijven staan. Met zijn zeegroene ogen had hij Sam intens aangekeken, Lucy negerend. ‘Omdat ze bij mij hoort.’
Op haar linnen servet, alsof het een bierviltje was geweest, had hij een e-mailadres geschreven: jehoortbijmij@gmail.com. Sam wist niet hoe ze aan de obers van de chique gelegenheid had moeten uitleggen dat er iets op haar servet stond geschreven. Ze schaamde zich ervoor daarom had ze hem in haar tas gestopt.
Thuis had ze de fout gemaakt, woedend over zijn arrogantie, hem een e-mail te sturen met alleen de woorden: Helemaal niet! Er niet over nagedacht dat ze door haar naam weg te geven, alles over zichzelf vrijgaf. Nu was ze er dankbaar voor dat ze zo impulsief was geweest.
Jasid trok Sam tegen zich aan. Ze voelde de innerlijke gloed van haar opvlammende begeerte toenemen. Hij tilde haar op en droeg haar naar het grote hemelbed. Er straalde liefde en verlangen uit zijn ogen toen hij haar teder op het koele laken vlijde. Naakt, in al zijn opgerichte, woest aantrekkelijke mannelijkheid stond hij voor haar. ‘Kunnen ze nog even wachten, Sam?’ vroeg hij enigszins plagend maar schor van opwinding.
Samantha knikte ademloos. Gekweld door de zoete marteling van het gloeiende wezen van haar vrouwelijkheid. Al gingen ze nooit meer naar beneden. Zo lang Jasid bij haar was, was ze gelukkig. ‘Ja,’ was het enige dat ze kon uitbrengen. In dat korte woordje klonk ál haar liefde en verlangen. Ze hoorde bij hem. Hoe had ze ooit anders kunnen denken.

Wednesday, September 28, 2005

Woensdag 28 september 2005

Er is een methode om met kinderen (en volwassenen) om te gaan en die heet de Gordon Methode. De methode van de heer dr. Thomas Gordon berust op actief luisteren. Dat wil zeggen, dat je kinderen de ruimte geeft hun eigen verhaal te vertellen. Dus niet, als een kind bijvoorbeeld zegt: ‘Ik wil nooit meer met Pietje spelen omdat ik altijd moet doen wat hij zegt,’ reageren met een: ‘Joh, dat valt toch wel mee, ik zag gisteren nog dat hij deed wat jij wilde en morgen of straks denk je er vast anders over want Pietje is toch je vriend,’ maar dat je volstaat met een simpel doch open ‘O.’ Je biedt geen oplossingen, je geeft geen interpretaties maar schept ruimte voor de achterliggende oorzaak die het kind parten speelt waardoor het zoiets zegt. Je laat het kind zijn eigen waarheid vertellen.
Nu heb ik veel gelezen maar het boek van Gordon Luisteren naar kinderen niet, maar tijdens een ouderavond, toen deze methode ter sprake kwam, wist een moeder, die wel het boek had gelezen en de training had gevolgd, mij te vertellen dat ik zeer vanuit de Gordonmethode opvoedde. Nou, dat is dan een gelukkig toevalletje, of toch niet?
De verse moeders aan wie ik postnatale yoga geef, vertel ik altijd in ieder geval twee dingen: Troost je kind níet de met woorden, ‘zoet maar, je hoeft niet te huilen, er is niets,’ maar juist te troosten, voorzover dat aan de orde is, met de woorden, ‘huil maar even lekker, ’ En ik vertel ze, zo geloof ik namelijk stellig, ‘dat jij als moeder alles in huis hebt wat dat kindje nodig heeft, anders was het niet bij jou gekomen.’
Iemand zijn eigen waarheid laten vertellen, iemand zijn eigen kracht laten voelen, begint namelijk al vanaf het eerste uur. Als mijn jongens vallen en huilen, spring ik niet in paniek op en vertel hen zo - non-verbaal - dat het vreselijk erg is, noch trek ik ze acuut op schoot om te zoet-maaren of te valt-wel-meeën. Ik wacht - als dat gezien de situatie kan natuurlijk, als mijn jongste jongen een gat in zijn hoofd van de trap afdendert, ga ik heus wel direct handelen - af totdat zij zelf hebben aangegeven wat nodig is. De ene keer is dat niets, ze staan op en spelen verder. De andere keer is dat mijn zwijgende hand op de pijnlijke plek totdat het over is.
Bij volwassenen kun je dit principe net zo goed toepassen. Vele therapeuten werken dan ook vanuit het ‘wat denk jezelf-principe,’ het ‘goh,’ en zwijgen vervolgens weer. Laat een ander tot zijn eigen conclusies komen. Waarom het in therapie niet altijd werkt, of jaren duurt, is omdat er een ander belangrijk aspect, namelijk de ik-boodschap, is.
Een ik-boodschap is bijvoorbeeld heel simpel: ‘Wil je hiermee stoppen, ík vind dit vervelend nu.’ Niet dus, ‘Stop met dit vervelende gedrag.’ (Maar liever natuurlijk een positieve.) Hier klinkt namelijk een oordeel uit, een ‘allesomvattende’ waarheid: dit, wat jij nu doet, is niet O.K.
Tussen de zwijgende therapeut en diegene op de bank is vaak geen echte communicatie. Je wordt misschien wel gehoord, wat blijkt uit de (belangrijke) herhaling van wat je gezegd hebt, en dat is dan na al die jaren dat je niet gehoord werd en waarom je uiteindelijk daar zit, wel weer prettig, maar tegelijkertijd kun je er een beetje een eenzaam gevoel aan over houden en tot een ‘ik doe iets niet goed conclusie’ komen omdat er geen uitwisseling is.
Ik merk, als ik tegenover mensen zit, die mijn verhaal afmaken, die voor mij (van mijn part de juiste) conclusies trekken, dat ik het gevoel krijg mij te moeten verdedigen. Ik word met mijn rug tegen de muur geplaatst en mijn innerlijke kracht wordt volledig ontkracht door hun ‘wijsheid.’ Want wat ik ook zeg, eigenlijk word ík gewoon niet gehoord. Again!
En dan word ik dus weer verdrietig en ook boos. Dan denk ik: Godverdomme, give me a break. Dan denk ik: Hebben jullie daarboven wel eens van positieve beloning gehoord?
Om uiteindelijk, in een dreigende conflictsituatie met mijn oudste jongen, door mijn knieën te zakken zodat we elkaar in de ogen kunnen zien, zodat we gelijkwaardig zijn, en het harmonieus kunnen oplossen doordat ik hem de ruimte geef zijn eigen verhaal te vertellen, vanuit zíjn waarden.
Ik zou wel willen maar ik weet dat ik geen mannen vrij van een kruis zal ‘opleveren.’ Het zou ook weinig respectvol van mij zijn om te denken dat zij gekozen hebben voor een leven zonder bewustwording en zonder kruis nu eenmaal geen bewustwording van je eigen kracht. Ik maak fouten. Als ik maar wel mannen oplever die het gevoel hebben gehad dat ze mochten zijn, dat ze werkelijk gehoord en gerespecteerd werden. Dat vind ik het allerbelangrijkste. Kom ik daarom steeds mensen tegen die, voor mijn gevoel, alleen luisteren vanuit hún waarden? Zodat ik dat vooral niet vergeet?
Mooiste moment van de dag: Vanochtend liep ik een weinig vrolijk het schoolplein op. Morgen is het Michaëlsfeest, tem je eigen draak. Ter ere daarvan komt een draak aan de schoolmuur te hangen. De draak was vandaag nog niet meer dan een lullig lapje stof. Ik maakte een geestige opmerking daarover tegen de conciérge. Hij zei: ‘Weet je wat ik zo enorm aan jou waardeer…’ Ik dacht: Give it to me baby, wat waardeer je zo aan mij? Welk een heerlijk begin van de dag, een blijk van gehoord worden én een uiting van waardering.

Tuesday, September 27, 2005

Dinsdag 27 september 2005

Als ik er uiteindelijk niet zo verdrietig van was geworden, zou het natuurlijk megageestig geweest zijn dat ik uit het aanbod mannen dat mij via mijn blog benaderd heeft, net die ene heb gekozen die een bak Zen-zijn over mij heeft uitgestort waar je u tegen zegt.
Toch weer een te hooggespannen verwachting? Niet ten aanzien van de man an sich en niet ten aanzien van een avondje blind daten. Maar ten aanzien van hoe het zou zijn als je een ‘meester’ zou ontmoeten.
Ik verlang stiekem natuurlijk ook nog steeds naar zo’n ultieme wijze op mijn pad. Hé, dat staat in al die boeken die ik heb gelezen geschreven, het zal toch niet allemaal niet waar zijn? Dat hoeft helemaal niet leuk te zijn, sommige verlichten hakken rustig je vinger af om bij jou een doorbraak te forceren. Nou, dat risico ben ik altijd bereid geweest voor lief te nemen.
Sommige verlichten vertellen dat hún grootste leermeesters een hond, een dief en een kind waren. Ook daar heb ik voor opengestaan en bepaalde inzichten - geen verlichting - zijn wel degelijk tot mij gekomen door de ‘gewone’ man, om maar niet te spreken van alles wat ik van mijn jongens leer.
Maar goed de blind date dus. Hij biechtte gelijk op dat hij niet voldeed aan punt drie, enorm van de Zen was en verlicht bovendien. Ik denk: Te gek, dat wil ik ook, nog steeds en ha, een meester.
Tijdens ons samenzijn vond ik het helemaal goed, alles wat hij te zeggen had. Hij vertelde niets nieuws, niets doorbraakforcerends maar ik vond het interessant om iemand nou eens zulke dingen hardop te horen zeggen en daarnaast ook dingen waar ik van dacht, nou, jij kunt nog wel iets lichter, eigenwijs als ik ben, maar de tijd zal het je leren. Begrijp me niet verkeerd, ik zeik hem niet af, dit gaat over mij. Het is een volledig integer mens en alles kwam, daar twijfel ik niet aan, uit een waarachtig hart. Maar niets nieuws dus in mijn optiek. En… het ging wel allemaal voorbij aan míjn waarheid. Aan alles wat ik inmiddels geleerd of ingezien had over mijzelf, de mens, de mensheid, waarom niet. Het was weer: Volg je eigen weg, maar DIT is HET pad, sla linksaf.
Voor mijn gevoel dan. Maar goed, onderzoekt alles waar je weerstand tegen voelt etc. is écht nog niet uit mijn systeem, dus ik was best bereid te luisteren en er serieus over na te denken. Echt, hij ging naar huis, ik dacht: met mijn neus in de boter. Niet hij is het, maar wat een oprechte avond. Ik heb het getroffen.
What went wrong? Waarom ben ik nu zo verdrietig. Is dit een halve doorbraak? Wel nee. De volgende dag begon het e-mailen. Hij schreef: Hoop dat je het wel een beetje leuke avond vond. Ik schreef terug: Wat een stomme opmerking, had je de indruk dat ik de avond alleen maar wist uit te zitten omdat mijn verwachtingen zo laag gespannen waren? Een avond van tien uur, eindigend in mijn huis met een kus bovendien.
Toen begon het sparren voor mijn gevoel, met grote woorden. ‘Doe niet zulke negatieve aannames over mij en haal jezelf niet naar beneden.’
Er volgden nog zeven e-mails en ik dacht: Nu zit ik Godverdomme weer zo’n boek te lezen dat mij verteld dat ik niet van mijzelf houd, dat ik één en al blinde vlek ben, dat ik het zelfinzicht van een poffertje heb, met tien muren om mij heen bovendien. Zo formuleerde hij het niet en er stonden genoeg mooie woorden en mea culpa’s tussen maar zo voelt de grote strekking van al het geschrevene: Je bent een bijzondere vrouw maar… het kan veel beter.
Dat ik het zo voel zegt natuurlijk alles over mij en niets over hem maar nu denk ik: Ben ik dan geen ene fuck opgeschoten? En ik ben teleurgesteld over het maar van de meester. Ik had van alles - op zijn minst dat ik mij er aan kon laven en zo blijkt dat dit al weer teveel was - verwacht, maar geen maar. Mijn yogalerares zei ooit eens tegen mij: ‘Van slechte meesters kun je ook leren.’ Het zou gemakkelijk zijn als ik hem af kon doen als slechte meester maar gezien mijn staat van continu streng zelfonderzoek mag ik van mijzelf nooit zoiets bij een ander neerleggen. Was hij een meester of ben ik blind? Was het een test of een teken van het Universum. Daar gaan we weer. Ik ben er nog niet uit. Ik weet alleen dat ik er zeer verdrietig door geworden ben.
Mooiste moment van de dag: 0.50 uur, dit stuk is af. Vind ik dat ik bij mijzelf gebleven ben? Hem niet heb zwart gemaakt? Want dat is mijn bedoeling niet. O, waarom toch altijd die eeuwige twijfel aan mijn eigen integriteit? Waarom kan ik ook gewoon niet eens lekker formuleren wat er niet goed is aan een ander? En het daar dan bij laten. Ach, ik weet ook wel waarom en ik weet ook dat het niets te maken heeft met een minderwaardigheidscomplex.
P.s. 2.03 uur. Godver, kut. Ik heb niet juist kunnen formuleren wat ik wilde zeggen.

Monday, September 26, 2005

Maandag 26 september 2005

Nou, voor iemand die niet de man van mijn leven is, hebben we sinds de blind date - met zeven van zijn kant en zes van mijn kant - een behoorlijk intensief en emotioneel e-mailverkeer. Ik schreef dan ook in mijn laatste mail aan hem: We moeten niet meer mailen, we lijken Goddomme wel een stel dat in de laatste fase van een niet meer te redden relatie zit.
Mooiste moment van de dag: Als mijn jongens een weekendje weg zijn geweest, word ik vaak getrakteerd op een nachtelijk bezoek van minstens één van hen. Vannacht kwamen ze allebei. De wekker was nog niet gegaan en het was donker buiten maar een tweede aspect van het weg zijn geweest, is dat ze altijd érg vroeg weer lekker met hun eigen spulletjes gaan spelen. Ik heb een hoog bed. Vol liefde, zo zag ik tussen mijn oogharen door, tilde mijn oudste jongen mijn jongste jongen uit mijn bed met de woorden: ‘Kom maar liefje, ik help je wel.’ Poeh, dat was wel even de moeite waard om voor wakker te worden.

Sunday, September 25, 2005

Zondag 25 september 2005

Goed, de blind date dus.
Om 19.07 uur stond er een man naast mijn tafeltje: Kaal, postuur portier.
Hij kon lopen zonder krukken, sprak verstaanbaar Nederlands en stonk niet. Wat wil een vrouw zoals ik nog meer? Voor een eerste en laatste blind date, ben ik, denk ik, met mijn neus in de boter gevallen.
Waarom dit, ondanks de goede ervaring, mijn laatste blind date is geweest?
Omdat hij de man van mijn leven is en ik nu uitgedate ben? Nee, omdat blind daten vraagt om oordelen. Omdat het vraagt snel tot conclusies te komen.
Nu was mijn insteek niet: kijken of dit hem is. En zijn insteek was geloof ik ook niet: kijken of zij het is. Maar wie afspreekt op basis van vrijgezel-zijn, gaat kijken of de ander het misschien is.
Er is geen ruimte voor groeien van gevoelens, voor hopen en verrassing en het over je heen laten komen. Er is geen plaats voor onbevangenheid en moed.
Je hebt vaak een tijdje heen en weer zitten mailen - dat hadden mijn blind date en ik, op mijn verzoek, bewust niet - en omdat je de ander niet kent, dus zonder juiste intonatie, geschipperd met gevoelens die ontstonden na het lezen van diverse mailtjes. Er zijn foto’s uitgewisseld en/of de ander is door de Google gehaald - dat had ik bewust niet gedaan met mijn blind date, omdat ik vertrouw op mijn intuïtie aangaande in ieder geval het niet-ontoerekeningsvatbaar-zijn van hem - en daar is dan weer over nagedacht of het in het echt zou meevallen of nog erger zou zijn. Om dan uiteindelijk tot het definitieve oordeel te komen in een café. Ben jij het wel, ben jij het niet?
Ik zeg niet dat je via Internet niet de liefde van je leven kunt tegenkomen - er zijn veel mensen die dat wel doen - en als ik eerlijk ben zou ik ook bijna niet weten hoe je tegenwoordig nog wel iemand moet tegenkomen. Ik was bewust eerder ter plaatse, heb een half uurtje alleen aan een tafeltje gezeten, niemand kwam naar mij toe.
Maar goed, mijn blind date dus. Ik heb geprobeerd geen conclusies te trekken, enkel bij de feiten te blijven. Waarlijk Zen dus, en dat zou hem moeten aanspreken, want Godsamme nou zeg, hoe hij niet voldeed aan punt drie van mijn bescheiden lijstje met wensen. Ik ben daar redelijk in geslaagd totdat ik een mailtje van hem kreeg waarin hij schreef: ‘Hoop dat je het wel een beetje leuk vond gisteren.’
Onze afspraak duurde bijna tien uur, eindigde in mijn huis en met een kus bovendien. Conclusie: Het is niet de man van mijn leven, anders had hij wel geweten dat ik het leuk vond met hem.
Mooiste moment van de dag: De jongens van mijn leven liggen weer in hun eigen bedjes. Ze sliepen beiden met een gelukzalige, Zenachtige glimlach in. Ik weet wel waarom ik niet een al te spirituele man wil. Het maakt die half-verlichten namelijk eigenlijk niet uit wie ze tegenover zich hebben zitten. Ze vinden altijd alles goed. Nou, dat is natuurlijk niet zo lekker voor mijn ego. Ach, dat is niet aardig van mij. Ik vond het een zeer aangename avond vrijdagavond. Met mijn neus in de boter dus.

Saturday, September 24, 2005

Zaterdag 24 september 2005

Tien momenten die, wat er voor of er na ook gebeurde, ik voor geen goud van de wereld had willen missen:

10. 16 februari 1968, 08.15 uur en 16 februari 2004, mijn zesendertigste verjaardag. Om één of andere reden kon het toen voor een keer wel. Met mijn vader en moeder, mijn zus en mijn jongens om mijn keukentafel. We pasten er nauwelijks aan, we aten peen en ui maar we waren voor het eerst sinds jaren weer samen, allemaal alleen en alleen met elkaar. Het was fijn. Het klopte. Alleen dat was en is mijn familie.
9. 23 januari 2005, ergens in de avond, na de ochtendzoenerij zei de barman tegen mij: ‘Maar ik vind jou dus echt heel erg leuk.’ Het was een belangrijk moment van besef - over wat ik had meegemaakt - omdat het zo onwezenlijk leek dat iemand mij gewoon heel erg leuk kon vinden en dat ook nog eens tegen mij zei.
8. 27 december 2004. De Hellinger-test met de kleine prins op mijn bank.
7. Alle momenten doorgebracht met de piloot en het bevrijdende telefoongesprek met hem op 28 augustus 2002.
6. De nauwelijks voelbare kus op mijn lippen van de klusjesman, begin februari 2004, na het vernemen van het overlijden van een wederzijdse bekende. Het was een symbolisch moment over hoe wij elkaar alleen maar konden vinden in verdriet.
5. De eerste kus tot en met het laatste biertje, zomer 2005, met mijn toen doordeweekse dinsdagse minnaar. Hoewel het om seks ging, heb ik van niemand zoveel over liefde geleerd als van hem.
4. 25 november 1998, 20.05 uur.
3. En de uren daarvoor, doorgebracht met de toen bijna vader van mijn oudste jongen. Voor het laatst met zijn tweeën. Hij week niet van mijn zijde, drukte op mijn stuit, wreef over mijn rug om de weeën te verzachten en bladerde in paniek in ‘Veilig bevallen’ op zoek naar het stukje over persweeën. Mijn oudste jongen is in liefde gemaakt en in liefde ontvangen.
2. 19 september 2000, 10.32 uur.
1. En de uren daarna, doorgebracht met z’n verse vieren in het grote bed. De oudste jongen en de o zo nieuwe jongste jongen sliepen, de vader van mijn jongens keek mij aan: ‘Ik ben weer zo verliefd op je,’ zei hij. Ik zag in zijn ogen dat hij het meende. Mijn jongste jongen is in liefde gemaakt en in liefde ontvangen.

Mooiste moment van de dag: Nu.

Friday, September 23, 2005

Vrijdag 23 september 2005

Goed, de blind date dus. Vanavond gaat hij plaatsvinden. Heb ik hooggespannen verwachtingen? Geenszins. Gezien mijn verleden op afsprakengebied, vind ik het al heel wat als hij komt opdagen. (Voor de zekerheid heb ik hem daarom níet mijn mobiele nummer gegeven, zo kan hij noch afsms-en, noch dat helemaal achterwege laten.)
Maar komt hij opdagen… Dan zijn er twee dingen die ik hoop:
1. Dat hij niet een vreselijk accent heeft waardoor ik hem nauwelijks kan verstaan en continu moet vragen: ‘Wat zeg je?’ om dat vervolgens na een keer of zestien op te geven omdat het zo gênant wordt en ik dus op goed geluk maar wat ga lachen en af en toe ja knik.
2. Dat hij niet stinkt. Ik vind veel best, kan oogtechnisch heel veel aan, maar een man met een-twee-dagen-oude-zweetlucht in zijn T-shirt of overhemd, dat kan ik niet verdragen.
Het was vanochtend trouwens nog even spannend of het überhaupt zou doorgaan de afspraak. Mijnheer vond dat ik niet enthousiast genoeg reageerde op zijn voorbereidingen. Waarop ik het toch nodig vond terug te mailen dat deze toon mij niet aanstond en dat ik daar een beetje de ‘zak er lekker in’ mentaliteit van kreeg. Dat vond hij dan wel weer O.K.(mannen?) en een garantie voor in ieder geval een niet saaie avond. We zullen zien.
Behalve zijn naam, dat hij niet blind is en dat hij wel eens met zijn moeder mailt, weet ik verder niets over hem. Waarom ik inging op zijn verzoek, was omdat hij mailde: doe mij een tijd en een plaats en ik zal je vinden. We hebben dan ook geen rode jasjes afgesproken en dergelijke, hij vindt mij, of niet. Hij heeft nog wel een beetje de indruk gegeven dat ik hém in ieder geval kan herkennen aan zijn krukken. Nou ja, ik loop momenteel ook niet zo snel vanwege een gigantische blaar.
Mooiste moment van de dag:…
Hoewel ik geen hooggespannen verwachtingen heb, zou ik toch al het gras voor mijn eigen voeten wegmaaien door het mooiste moment van de dag nú al uit te roepen. Vooralsnog is het dus open, ik kom er wel op terug.

Thursday, September 22, 2005

Donderdag 22 september 2005

Val ik in herhaling als mijn jongens alweer het mooiste moment van de dag zijn? Soms lijkt het wel alsof er dagen zijn waarop ze een gouden aureooltje rond hun hoofd dragen. Alsof ze voelen dat ik dat even nodig heb, wat natuurlijk zo is. Dat ze dat voelen.
Ik kan me dan ook wel eens afvragen hoe de vader van mijn jongens dat toch volhoudt. Ze zo minimaal zien.
Maar goed, omdat ze morgen weer weg gaan, mochten ze vanavond lekker laat naar bed. Zo kon ik extra lang genieten van hun onzichtbare vleugeltjes.

Wednesday, September 21, 2005

Woensdag 21 september 2005

Godsamme zeg, het ‘Het Universum verstrekt mij exact wat ik nodig heb,’ wordt hier in huis wel heel precies op de cent afgepast. Het lijkt haast wel of elke extra klus, waardoor ik denk: over drie maanden - want zo lang duurt het minimaal voordat het geld binnenkomt - weer even een adempauze, gepaard gaat aan een paar onverwachte rekeningen van Gemeentelijke belastingen, waterzuiveringsinstallaties of onvoorziene doktersbezoeken. Ik heb net even een paar acceptgiro’s zitten weg girotellen, daar wordt een mens niet vrolijker van.
Als de definitie van een kunstenaar: arm, ongelukkig in de liefde en depressief zou zijn, heb ik alles in huis om een groot kunstenaar te worden. Maar goed, het feest is gevierd en de acceptgiro’s zijn betaald, voor de komende tijd, voor zover dat nog kan, halen we de broekriem weer aan.
Een tijdje terug opperde iemand (zie comment 11/9) dat ik moest gaan studeren of werken. Nu heb ik twee freelance banen, zodat ik mijn laatst overgebleven wens ten aanzien van de jeugd van mijn jongens, namelijk ze zelf van school halen, gestand kan houden. Het is vanwege het altijd-afwachten-of-er-werk-is-aspect allesbehalve een vetpot hier in huis maar ik vond en vind het belangrijk om er voor hen te zijn. Daarnaast heb ik zelf het gevoel dat ik niet in deze situatie terecht ben gekomen om eens fijn bij de bakker te gaan staan of na een LOI-cursus (weet iemand trouwens wel hoe duur die zijn?) doktersassistentie te worden.
Ik heb wensen en ambities op het creatieve vlak. Zo lang het nog gaat, zal ik proberen die te vervullen. Dat ik er af en toe geen gat meer in zie, niet precies weet wat de bedoeling is, is onderdeel van dat proces. Ik vind dat zelf niet vervelend, maar deze persoon van 11/9 kennelijk wel. Die vond het zelfs schandalig.
Misschien is het de zorg om de belastingcenten die afgedragen worden aan de bijstandsmoeder. Nu zit ik dus niet in de bijstand, maar wat dan nog. Is het zo erg om de financieel zwakkeren tijdelijk tegemoet te komen? Als je hebt afgesproken dat de één de kinderen doet en de ander het geld, dan verandert er voor de ander niet zoveel bij een scheiding maar voor diegene die de kinderen doet nogal veel. De statistieken over kinderen van gescheiden ouders (voor het vierde levensjaar heeft het de meest traumatische gevolgen, het merendeel van de jongeren dat zelfmoord pleegt, komt uit gebroken gezinnen) zijn geen vrolijke. Het is in mijn ogen een verstandige keuze de prioriteit, in ieder geval voor een paar jaar, bij de kinderen neer te leggen. Bovendien, als ze zo klein zijn, kan het ook bijna niet anders.
Een bijstandsuitkering met twee kinderen is iets meer dan 730 euro. Geloof me, dat is nou niet echt een bedrag waar je lekker van onderuit gaat zitten. Waarvan je denkt, gutte gut, wat heb ik het goed. Veel alleenstaande moeders hebben naast hun fúll-full-time verzorging van hun kinderen nog wel een of twee (zwarte) baantjes ernaast. Schoonmaken of op kinderen van anderen passen zijn eenvoudig te combineren. Of je er intellectueel door gestimuleerd wordt, is de eerste paar jaren helemaal niet aan de orde. Het gaat puur om overleven.
Gemiddeld genomen komt het verhaal van de alleenstaande moeder hier op neer: Van de ene op de andere dag, laat het een paar maanden zijn, is alles weg. Behalve je kinderen met óók hun verdrietige en/of boze gevoelens. En gemiddeld doet zij er vier tot zeven jaar over voordat ze het weer een beetje op de rails heeft.
Is dat lang? Als je er in zit, duurt dat teringlang.
Is dat erg? Persoonlijk vind ik het geen zielige verhalen, eerder heldenverhalen. Je hoeft ook helemaal geen medelijden met mij te hebben, ik heb zelf ook geen medelijden met mijzelf. Een beetje respect zou aardig zijn.
Laatst zat ik aan tijdens een gesprek over schoolkeuze en het elitaire niveau van een bepaalde school waar desbetreffende moeder haar kinderen op had zitten. Nou ja, ze gaf wel toe dat iedereen, met uitzondering van zo’n gescheiden gevalletje dat in een flatje woont, in de omliggende villa’s woonde.
Misschien was mijn mening ook wel zo simpel en bevooroordeeld voordat ik mijzelf in deze situatie bevond, wie zal het zeggen. Misschien dacht ik ook wel, lees de M en stop hem met een goed gevoel tussen het oud papier. Ik weet wel dat ik het NRC enige tijd geleden heb opgezegd en dat was niet omdat ik het geen leuke krant meer vond. Maar als iemand hem nog tussen het oud papier heeft zitten? (Als dit trouwens is wat er bedoeld wordt met inhakken op andermans geluk of ongeluk, dat zij dan maar zo. Ik geloof niet dat ik dat doe. Ik misgun niemand iets. Wie denkt dat ik dat doe of inhak op andermans leven leest niet goed.)
Er zijn keuze’s voor mij gemaakt en ik heb zelf keuze’s gemaakt. Daar sta ik nog altijd achter, daar geloof ik nog altijd in. Wat niet wegneemt dat mijn navel soms het mooiste plekje op mijn lichaam is om naar te staren. Nu is die ook best mooi maar daar gaat het niet om. De suggesties die gedaan worden zijn te simpel voor woorden maar zo simpel is het gewoon niet altijd. Natuurlijk zal ik er niet achter komen, nadenkend op bank, wat de bedoeling van mijn leven is. Ik ben niet gek. Er is maar een manier om daarachter te komen en dat is door het te leven en het te doen. En ik doe het nog steeds. Elke dag weer. Alles wat mogelijk is om te bereiken wat ik wil, probeer ik uit. Zelfs al loop ik op mijn tandvlees.
Ja, ik ben moe. Ik zou wel eens even uit willen rusten. Ik zou bijvoorbeeld graag een fotoklus willen hebben met een fijne, zeg maar in de duizend euro’s lopende buy-out, zodat ik even een tijdje niet hoef na te denken over de financiële gang van zaken in dit huishouden. Maar heb ik dan eindelijk zo’n klus, blijkt dat pas achteraf. En was ik dus al akkoord gegaan met een lullige halve dagprijs en mijn eigen reiskosten naar Antwerpen betalen bovendien omdat de klant zich als armlastig had gepresenteerd en mij (en het bureau dat dit voor mij hoort te regelen) heeft genaaid. Nu blijk ik in heel België op billboards, abri’s en rijdende bussen te zien, voor een appel en een ei.
Ja, ik ben moe. Ik zou wel eens even uit willen rusten. Tegen een paar mannelijke schouders bijvoorbeeld, die de mijne masseren zodat ik even een tijdje niet na hoef te denken over mijzelf of over wat te doen met mijn lustige gevoelens en onderste chakra’s. Maar de enige geïnteresseerde schouders tot nu toe die mij bekoorden, waren reeds bezet, en meer dan een paar keertjes heb ik er niet tegen aan gelegen.
Ja, ik ben moe. Maar ik loop door met aan iedere hand een jongen, ik lach en ik huil, ik leef. Ik zou eigenlijk niet weten wat daar schandalig aan is. Persoonlijk vind ik het nogal knap zevenendertig ballen in je eentje tegelijk in de lucht te houden, zonder er naar te kijken bovendien. Want mijn ogen zijn natuurlijk nog immer gericht op mijn navel, dat begrijp je. Of niet.
Mooiste moment van de dag: Mijn jongste jongen vond, volkomen out of the blue, dat God nooit écht geleefd had. Hij had namelijk nooit gras, zand of steen onder Zijn voeten gevoeld. Ik vind eigenlijk dat hij daar wel gelijk in heeft. Ik zoek dat stukje nog steeds wel in mijzelf, geloof ook wel dat het er is maar jaloers ben ik niet op God. Ik heb namelijk wel gras, zand en steen onder mijn voeten gevoeld. Zou die ervaringen nooit hebben willen missen. En ik loop net zo lief op hakken als op blote voeten.

Tuesday, September 20, 2005

Dinsdag 20 september 2005

Of het gisteren voor iedereen een echt gezellige dag was, dat weet ik eigenlijk niet. Ik weet alleen dat ík geen last had van irritatie ten aanzien van tijdstippen waarop men (pas) verscheen of onverwerkte emoties van anderen ten aanzien van weer anderen in de kamer. Ik wist waar ik stond en sta en waarom die mensen allemaal samen waren in mijn huis. Namelijk omdat mijn jongste jongen jarig was.
Als een man en een vrouw uit elkaar gaan terwijl er kinderen zijn, komt er een heel pakket emoties aan te pas, en niet alleen bij de eerst betrokkenen. Het is relatief eenvoudig om te denken dat een ex (van jezelf, of van je dochter of zoon, neef of nicht) je koud laat, mits je hem of haar maar niet ziet, want dan kan blijken dat er nog van alles speelt. Verjaardagen zijn dagen waarop huiskamers gevuld kunnen zijn met schuldgevoelens, woede en verdriet, om er maar een paar te noemen. Ik heb ze meegemaakt, ik weet waar ik het over heb.
Zo had mijn oudste jongen bijvoorbeeld een tijdje terug voor zijn eigen verjaardag, die pas in november zal plaatsvinden, al bedacht dat het maar het beste is als we afspreken bij de bioscoop - waar dan net de nieuwste Harry Potter draait - en met zijn allen twee en een half uur zwijgend in het donker gaan zitten. Daarna kan de visite de cadeautjes aan hem overhandigen, die wij drieën vervolgens mee naar huis zullen nemen zodat hij ze daar in alle rust kan uitpakken. Iedereen moet trouwens wel zijn of haar eigen kaartje betalen. Als het niet zo verdrietig was dat een kind van nog geen zeven jaar zoiets bedenkt, zou het heel geestig zijn.
‘Eenheid in de samenleving,’ zei de Koningin vandaag. Ik heb de afgelopen drie jaar gestreefd een eenheid terug te krijgen in mijn gezin en een nieuw stevig fundament te leggen bovendien. Zoiets gaat niet van de ene op de andere dag en kost een hoop energie. Het is niks om van de piramide van Maslow af te vallen, maar om hem voor je ogen te zien instorten en vervolgens eigenhandig - met aan iedere hand een jongen - weer op te moeten bouwen, dat valt om de dooie dood niet mee. Het duurt ook wel veel langer dan ik verwacht had maar er zit progressie in. In ieder geval wat betreft de eerste drie behoeften van een mens, van mijn jongens. Dat is goed. Dat doet mij goed.
Mooiste moment van de dag: Weer lekker met zijn drieën aan tafel. Toch.

Monday, September 19, 2005

Maandag 19 september 2005

Dus ik verlaat, met zeven dekzwabberaartjes in mijn kielzog, als piraat, dat wil zeggen met een zwarte bandana met doodshoofd erop om het hoofd (‘wow,’ vonden mijn jongens) en een giletje over een oud, uit een vorig leven stammend, DKNY bloesje met piratenmouwen (‘vet,’ vonden mijn jongens) en een wijde broek in een paar nog oudere, kniehoge, blaren veroorzakende rijglaarzen gepropt (‘cool,’ vonden mijn jongens) en een kromzwaard tot aan mijn knie op mijn linkerheup (‘begerenswaardig,’ vonden mijn jongens) het schoolplein, sta ik oog en oog met de man waar wat mij betreft geen woorden meer aan vuil hoefden te worden gemaakt, diegene dus bij wie het bier drinken achterwege gelaten kon worden en gelijk de steeg kon worden aangedaan. Ook hij zag er anders uit vandaag.
Mooiste moment van de dag: Mijn jarige jongste jongen vond de - tijdens de piratenspeurtocht met goeddoordachte proeven van bekwaamheid - spontaan ingelaste, onvoorbereide overval van de winkel waar wij vaak onze groene boodschappen doen, het mooiste en spannendste moment van de dag. Dus ik ook. Het was en is tenslotte zijn dag. En voor de vijfde keer was het een wonderschone dag en sinds jaren - met dat losgeraapte zooitje familie van mijn jongens - weer eens een echt gezellige dag bovendien.

Sunday, September 18, 2005

Zondag 18 september 2005

De slingers hangen. Mijn jongste jongen kan morgen zijn vijfde verjaardag vieren.
Het was de vierde keer in zijn leven dat ik ze alleen voor hem ging ophangen. Nog een paar maanden en dan is ook mijn oudste jongen langer onderdeel van een gezin bestaande uit drie in plaats van vier personen.
Mooiste moment van de dag: Ik kreeg hulp. Mijn oudste jongen, die van alle opwinding niet kon slapen, kwam mij assisteren. Samen slingers ophangen, cadeautjes inpakken en ballonnen blazen is veel feestelijker. Dat vond hij ook.

Saturday, September 17, 2005

Zaterdag 17 september 2005

Mijn bescheiden lijstje, tien wensen omtrent mijn aanstaande:

10. Ik wil met hem kunnen lachen.
9. Mocht hij kinderen hebben, dan hoop ik - ondanks dat ik weet dat dit van tijd tot tijd zal betekenen dat ik er even bij inschiet - dat hij ze hoog op zijn prioriteitenlijst heeft staan. Maar ik denk dat ik de voorkeur geef aan een man zonder.
8. Ik zou graag veel en lekker lang vrijen, ook nog na het eerste jaar.
7. En soms, als het nodig is, even hard tegen hard gaan. Gewoon ruzie maken dus. Van die weglopers of tweedagenzwijgers word ik altijd zo moe.
6. Ik hoop dat hij een vriend voor mijn jongens zal zijn.
5. En in ieder geval een paar van hun wensen zal vervullen.
4. Ik zou wel eens een man willen die groter is dan ik maar daar wil ik niet te standvastig in zijn. Groot van geest mag ook. Als hij dan in ieder geval maar wel koffie drinkt. Een kleinere, theedrinkende man is niet mijn ding.
3. Hij moet vooral niet van het zeverige soort zijn. Een beetje geloven dat er meer tussen hemel en aarde is, ja graag, maar alsjeblieft niet zo’n Zenaanhanger, tarotkaartenlegger, eerste graad reikibeheerser, of Lichtzoeker zoals ik. Ik wens overigens wel dat hij respecteert dat mijn leven niet compleet is zonder dat stukje zweverij, stiekem ben ik namelijk een toverfee, die in de toekomst kan kijken bovendien.
2. Ik wens dat hij kan genieten van mijn aanwezigheid, gewoon van mijn zijn. Dat je niet maar de hele tijd van alles hoeft te ondernemen om het ‘leuk’ te hebben met elkaar.
1. En dat hij onthoudt waarom hij nou precies voor mij viel, wat hij nou zo leuk aan mij vond en dus niet na een poosje al die gekke, krankzinnige, aparte, rare en typische dingen aan mij gaat proberen te veranderen.
0. O ja, dat hij nu snel ten tonele verschijnt.

Mooiste moment van de dag: Overvallen door migraine, is maandag-aanstaande-verjaardagsboodschappen doen geen sinecure. (Achter de computer zitten trouwens ook niet.) Gelukkig kon mijn moeder voor vijven komen, zodat mijn jongens in ieder geval niet mee hoefden. Toen ik een uurtje van huis was, belde mijn oudste jongen bezorgd op: ‘Gaat het nog met je, mama?’ vroeg hij. Mama was gelukkig bijna thuis. Cadeautjes de berging in en ik weer mijn bed. We hopen allemaal dat ik overmorgen weer helemaal goed ben en als pirateres zes speurende kleuters door de stad kan loodsen. Ik hoop het ook maar ik weet zeker dat hoe het ook zij, ik het kan.

Friday, September 16, 2005

Vrijdag 16 september 2005

Ik ging vanavond naar de opening van ‘Global Fashion / Local Tradition.’ Een tentoonstelling over de ‘globalisering van de mode,’ in het Centraal Museum te Utrecht. Volgens het foldertje verandert de modewereld de laatste jaren. Nou, dat klopt.
Of dat allemaal te maken heeft met Internet en de internationale Fashion Weeks zoals het foldertje uitlegt, dat weet ik niet. Ik weet wel dat het gebruikelijke glas champagne - of ik nou om negen uur ’s ochtends een show liep in Parijs of om twee uur ’s middags in Milaan, iets anders te drinken was er gewoonweg niet, hoogstens een scheutje jus erdoor - heden ten dage, in ieder geval bij feestelijke, aanpalende gelegenheden dus, is vervangen door vers geperst kiwi-, bananen-, bosbessen- dan wel aardbeiensap. Mijn blik was dan ook geenszins beneveld toen er een man de ruimte binnenstapte die mij ongelofelijk de schouders deed rechten. En welk één geluk, de mannelijke helft van mijn gezelschap, zo wist de vrouwelijke helft van mijn gezelschap - met wie ik zat te borrelen, zeg maar sappen, terwijl mijn jongens en hun kinderen lichtelijk de tent afbraken - mij te vertellen, kende dit exemplaar.
Nu had ik van de week van een alleenstaande moeder begrepen dat desperaat doen, zoals zij had gedaan door zelfs exen van de beste man lastig te vallen over telefoonnummers en langs huizen te fietsen, dat dat wel degelijk vruchten afwerpt. En daar ik mij reeds over de teleurstelling van het ontbrekende glas bubbels had heen gezet - hoewel ik bleef volhouden in mijn weigering ook gezellig een stukje, als hapje dienende, kroepoek mee te knabbelen - en het aardbeiensap mij inmiddels goed deed smaken, spoorde ik ongegeneerd de mannelijke helft van mijn gezelschap aan de relationele status van deze man voor mij uit te zoeken. Helemaal nadat de vrouwelijke helft van mijn gezelschap mij had verteld dat enige jaren geleden hij behoorlijk had lopen tobben, ik dacht: dat is mooi, dat stuk heeft hij vast achter de rug, en in de veronderstelling leefde dat geen vrouw hem leuk vond, terwijl daar uiterlijktechnisch geen enkele reden toe was mijn optiek, dus ik dacht: dat is mooi, dat schept een band. Nou ja, ik kan er nog een hoop woorden aan vuil maken over hoe ik de mannelijke helft van mijn gezelschap het café uitgeduwd heb waar wij even later de nodige alcohol tot ons namen en hem voorbij zagen lopen, zodat hij hem etc. maar hij, deze mij sinds lange tijd weer eens écht de schouders doen rechtende man dus, is bezet.
Mooiste moment van de dag: Bij de tentoonstelling waren er ook op mijn jongste-jongen-hoogte kijkgaten waarin wonderschoon aangeklede poppen, groot dan wel klein, te bezichtigen waren. Op een gegeven moment riep mijn jongste jongen mij, ik moest mee komen. Door mijn knieën, turend in een gat. Hij zei: ‘zie je die donkere?’ Een prachtige Barbie met zwart haar in een fantastische jurk. ‘Als dat een echte vrouw was, dan zou ik daar verliefd op worden.’ Vervolgens hebben we samen een trouwjurk uitgezocht. Dat vind ik zo mooi aan mijn jongens. Zij kennen uit hun nabije omgeving niet anders dan inwisselen en doorschuiven en toch geloven ze allebei zo rotsvast in die ene liefde met wie ze zullen trouwen en hun hele leven gelukkig zullen zijn. Dat moeten ze haast wel van mij, dat rotsvaste geloof. Ik wíl graag dat ze dat van mij hebben. Ik vind het ook nog steeds een mooi iets om in te geloven.

Thursday, September 15, 2005

Donderdag 15 september 2005

O, mijn God. Ik stond vandaag toch tegenover een man… Ik dacht als mijn blind date er zo uit ziet, hoeven we wat mij betreft er geen woorden meer aan vuil te maken, dan kunnen we het bier drinken overslaan en gelijk de eerste de beste steeg opzoeken.
Mooiste moment van de dag: Die man dus!

Wednesday, September 14, 2005

Woensdag 14 september 2005

O, mijn God. Ik stond vandaag toch tegenover een man… Ik dacht als mijn blind date, die pas de drieëntwintigste zal plaatsvinden, er zo uit ziet, dan ontken ik in alle toonaarden dat ik Nicoline ben.
Mooiste moment van de dag: Na weken geen toeschouwer meer mogen te zijn geweest, was het vandaag eindelijk kijkdag bij de zwemles van oudste jongen. Van bovenaf gezien leek het grote diepe nog dieper dan diep. Hij deed het dapper en goed. Hij mag op voor zijn A diploma. Over tweeënhalve week al.

Tuesday, September 13, 2005

Dinsdag 13 september 2005

Als je vanwege allerhande en te veel activiteiten op een doordeweekse dinsdag pas om kwart over zes de Albert Heijn aandoet, loopt er wél een hoop manvolk rond om naar te kijken waarvan je bovendien, gezien de inhoud van hun boodschappenmandje, een aardige schatting kunt maken van hun relationele status. Maar of het verder nu zo’n handig tijdstip is met twee vermoeide, hongerige jongemannen, daar valt over te discussiëren.
Mooiste moment van de dag: De borden waren in no-time leeg. Zo bleef er toch nog lekker veel tijd over om voor te lezen. Tja, des te eerder die boeken uit zijn…

Monday, September 12, 2005

Maandag 12 september 2005

Dus ik ben vanmiddag met mijn jongens in de bieb, maak per ongeluk oogcontact met de bibliothecaris, en nog een keer, en nog een keer. Wij lachen wat verlegen naar elkaar en ik vraag mij af of hij soms de bibliothecaris uit mijn matchbox is. De iets jongere, in Utrecht wonende bibliothecaris die geen moeite heeft met een vrouw met kinderen. Raak ik vervolgens met een moeder van school - net iets te luid - in gesprek over aarsmaden en spoelwormen.
Ik zag het al helemaal voor me, hoe hij vanavond als een idioot zijn zoekcriteria bijstelt.
Mooiste moment van de dag: Volgens mij - mijn navel is niet het enige waar ik naar staar dezer dagen - zijn we allemaal weer wormenvrij.

Sunday, September 11, 2005

Zondag 11 september 2005

We leven in een uitleg- en verklaarmaatschappij. Niemand kan nog iets zeggen, zo lijkt het soms wel, zonder er iets aan toe te voegen als: Dat je heus wel weet dat… Kennelijk hebben we allemaal wel eens een boekje gelezen van één of andere wijze die ons heeft uitgelegd hoe het nu precies zit.
Zo voegt bijna elke alleenstaande vrouw bijvoorbeeld, inclusief mijzelf, toe, na het uitspreken van de wens weer een relatie te willen, dat ze heus wel weet dat alleen zij zichzelf kan verwezenlijken, of dat het geluk niet in een man zit, of dat ze niet desperaat is en zichzelf echt wel kan vermaken.
Dat geld niet gelukkig maakt, is er ook zo één. Wie de wens uitspreekt meer geld te willen, doet dat bijna nooit zonder uitleg te geven over hoe dat je heus wel weet wat echt belangrijk in het leven is, dat op vakantie gaan niet het hoogste goed is, of dat er natuurlijk nog steeds oog is voor al diegenen die het veel slechter hebben.
Geloven, ook een mooi voorbeeld. Niet in het Oude Testament, wel het Nieuwe, alleen maar dat er meer tussen hemel en aarde is, of dat God niet bestaat maar er wel iets is als een Bron.
Geef uitleg over wat je zegt en verklaar wat je bedoelt. Meestal is het niet eens eigen ondervinding maar aanname van een stellig geponeerde waarheid die je toepast op jezelf.
Het is helemaal niet mijn bedoeling al die wijsheden onderuit te halen, ik heb alleen vandaag besloten het eens anders te doen. Ik hoef namelijk niet aan de hele wereld verantwoording af te leggen waarom ik iets zeg of denk. En jij ook niet. Laten we daar toch eens mee kappen met zijn allen. Zeg gewoon wat je wilt. Of niet wilt. Vertel gewoon hoe jij je voelt, wat maakt het uit wat je allemaal hebt of niet hebt.
Ik wil een relatie, punt. (@ Scarlet, ook deze mag jij gerust jatten.)
En om tot mijn volle potentieel te komen, heb ik een partner nodig en meer geld bovendien, punt. (@ Champagne, en om tot ‘rake’ stukjes te komen, en duidelijk te maken wat ik wil zeggen, heb ik soms comments nodig die, zo ben ik overtuigd, uit een goed hart gemaakt zijn. Dat is de wisselwerking. Daar weet Kees inmiddels ook alles van, vandaar waarschijnlijk dat hij even over was gegaan op het Spaans.)
Mooiste moment van de dag: Mijn jongens waren vanmiddag afwisselend piraat of ridder. Ik was zeemeermin of jonkvrouw. Ik werd gered, gered en nog eens gered. Zat ik vast in het zeewier, dan sprong er een stoere zeerover het water in. Was ik opgesloten in een verlaten burcht, dan snelde er een koene ridder tegen de klippen op. En wij vonden de ene schatkist na de andere. Heerlijk.
P.s. Misschien moet ik toevoegen aan de tien afschrikwekkende redenen van 13/8 dat ik naast zeemeermin en jonkvrouw, een vals kreng kan zijn.

Saturday, September 10, 2005

Zaterdag 10 september 2005

Slik antidepressiva voor de dag, neem een slaappil voor de nacht. Zouden daar mijn wensen van in vervulling gaan?
De wereld staat klaar om je te vertellen wat je moet doen. Hoe lang je verdrietig mag zijn, of juist niet. Iedereen weet wat goed is voor een ander. Huil niet te lang, maar lach ook niet te hard. Wees niet te ongelukkig, maar vooral ook niet te gelukkig.
Zou ik morgen jubelen vanwege een vent, dan zouden de waarschuwingen voorzichtig te zijn niet van de lucht zijn. Wees middenmoot is het devies. Studeer liever iets waar je geld mee kunt verdienen. Wens geen grote wensen, droom geen grote dromen, maar slik een pil om niet te voelen wat je voelt en als je stikt in je eigen kots, doe dat liever achter gesloten deur. Want jouw onrust zou wel eens aanstekelijk kunnen zijn en mij doen beseffen dat ik ook naar meer verlang. Ik, die toch alles heb wat mijn hartje begeert. Althans, zo staat het geschreven, zo word mij verteld. Door wie? Door hen die geen fucking clue hebben waar ik het over heb. Nog niet althans. Of door hen die al weer vergeten zijn hoe donker hun pad is geweest.
Citeer nog eens een citaat waarvan je geen idee hebt wat het betekent en doop je bitterbal in de mosterd maar pas op dat je je bek niet verbrandt. Vraag nog eens aan dat stel dat al vier jaar samen is waarom er eigenlijk nog geen kinderen zijn en bedank voor een vlammetje. Troost nog eens iemand met de woorden ‘dat het toch best meevalt’ of ‘dat geld niet gelukkig maakt’ en laat de dia’s zien van de wintersportvakantie van vorig jaar en het jaar daarvoor.
Voor alles is een quick fix. Mocht je er vroeger nog een dag over doen met een roos op je hoed voordat alles weer goed was, vandaag moet het vandaag. Liever nog gisteren. Snel, snel, snel, in twintig seconden staan de magnetronaardappelen op tafel, schuif aan en doe gewoon.
Maar wat is dat eigenlijk gewoon doen? O, hetzelfde als wat jij doet. Nou ja, van mij mag een mens zo ongelukkig zijn als nodig is om gelukkig te worden. Van mij hoef je geen verantwoording af te leggen voor de wensen die je nog hebt terwijl je alles hebt wat je volgens de maatschappij nodig hebt om vervuld te zijn. Van mij mag jij je hart volgen, fouten maken, op je bek gaan, spijt hebben, op je tandvlees lopen, vloeken, janken en schoppen totdat het voorbij is. Totdat het werkelijk voorbij is en jij je hart weer hoort kloppen. Maar je mag van mij ook alleen maar tv kijken om te kankeren, alleen maar naar je werk gaan om geld te verdienen, alleen maar bij je partner blijven omdat je niet alleen durft te zijn. Van mij mag jij je eigen weg volgen. Dan volg ik die van mij, goed?
Tien dingen waar ik - let op, ík - nog immer van uit ga:

10. Elke wens die ik heb, heeft potentie, anders zou zij niet in mij aanwezig zijn.
9. Ik zal bereiken wat ik wil.
8. En juist mijn niet-berusting met wat nu is zal daar voor zorgen.
7. Ik zal mijn ware ontmoeten.
6. En met hem samenwerken.
5. En juist mijn dromen daar over zullen hem bij mij brengen.
4. De enige manier om van mijn verdriet af te komen, is het mijn kop uit te janken.
3. En niet door pillen te slikken.
2. Ik heb kracht naar kruis.
1. En ik zal mijn eigen bron vinden.

Mooiste moment van de dag: Een klein gebedje dat ik wel eens bid, zo ook vanmiddag. God, ik vind alle dagen die zijn geweest en die nog zullen komen prima, of ze nu zwart, grijs, of wit waren of zullen zijn, maar bewaar me voor de dag dat ik vergeten ben hoe mijn weg is geweest en ik een ander meen te mogen vertellen hoe en wat te doen, waar tevreden mee te moeten zijn en wat te mogen wensen. Mocht U mij voor die tijd nog niet hebben aangeraakt, dan lijkt dat mij een mooi moment om mij een flinke klap in het gezicht te geven en streng toe te spreken met de woorden: ‘Pas op, Nicoline, jij hebt geen weet van andermans weg.’ Bewaar mij voor die dag en dank U wel voor deze, met alles erop en eraan.

Friday, September 09, 2005

Vrijdag 9 september 2005

Hoewel ik slecht geslapen heb, stond ik vanochtend toch iets lichter op dan gisteren. Mijn moe zijn heeft niets met maken met het aantal goed geslapen uren maar alles met het gevoel soms niet meer te kunnen. En vooral niet meer alleen.
Maar goed, net als gisteren, heb ik vandaag ook weer volbracht. Ik kan dus wel.
Mooiste moment van de dag: Als de dolfijnenshow in het Dolfinarium niet omgeven was geweest met onzinnige filmbeelden en harde discomuziek, was het ‘Wereldwaterfeest’ het mooiste moment geweest. Wat een fraaie, bijzondere beesten, die dolfijnen. Ik had zo in het water kunnen springen, ook omdat ze zeggen dat tussen dolfijnen zwemmen heilzaam voor de ziel is. Wellicht is kijken genoeg. Maar uiteindelijk won dus het roggen aaien. Met zijn allen hangend over de stenen rand, handen in het koude water. Daar kwamen ze aangezwommen, die gekke beesten met onderkanten als waren zij spookjes, en schurkten zich tegen je hand. Zacht waren ze en verrassend aaibaar. Ze hadden echt behoefte aangeraakt te worden, leek het wel. Net als ik. Zout water is in ieder geval heilzaam voor de huid. Of dat ook voor de tere huid rondom de ogen geldt, dat weet ik niet. Ik sta er wel iets lichter van op. Wellicht morgen weer.

Thursday, September 08, 2005

Donderdag 8 september 2005

‘Mag ik naar bed?’ Was het enige dat ik kon bedenken om aan Maria te vragen met wie ik vandaag dan graag een gesprek had gehad omdat het haar geboortedag is.
‘Mag ik alstublieft naar bed? Ik ben moe. Ik ben wel zo vreselijk moe dat ik er van ga janken.’
Natuurlijk zei ze ‘ja.’
Mooiste moment van de dag: Hij zit er weer op. Nu hoop ik maar dat ik kan slapen.

Wednesday, September 07, 2005

Woensdag 7 september 2005

Liefde, verliefd worden; rare dingen zijn het. Zo heb ik bijvoorbeeld een vrijgezelle vriend die ongeveer de meest betrouwbare man is die er bestaat. Hij is groot, galant en zeker niet onaantrekkelijk. Hij is nog geen dertig, breedgeschouderd en zit rustig een half uur met mijn jongens aan de telefoon. En toch word ik maar niet verliefd op hem. En hij niet op mij. Liefde, verliefd worden; rare dingen zijn het.
Mooiste moment van de dag: Ik kan niet verklappen wat mijn mooiste moment van vandaag is, want het is voor jou, vriend van mij, die vandaag jarig is. Ik mag het niet verklappen, anders zou de verrassing er namelijk al af zijn. En wij wilden jou graag verrassen, met liefde zo graag.

Tuesday, September 06, 2005

Dinsdag 6 september 2005

Ach, de boeken die ik heb gelezen. Ze hadden titels als ‘Je kunt je leven helen,’ ‘Geld is mijn vriend,’ ‘De kracht in jezelf,’ ‘De helende reis.’ De boodschap was helder en duidelijk: Ik hield niet van mijzelf, daarom hielden anderen niet van mij, ik zat vol boze verbittering en al wat ik hoefde te doen was vergeven en loslaten en het geluk zou weer aan mijn zijde staan. Ik sloeg aan het affirmeren en op kussens. Ik stapte in denkbeeldige spaceshuttle’s op zoek naar de verrotte plekken in mijn ziel en zegende mijn telefoon inclusief de postbode vanwege alle vormen van rijkdom die zij naar mij toe zouden brengen. Maar de postbode bracht rekeningen en mijn telefoon piepte sms-jes door met boodschappen als: ‘Je bent een wijze lieve vrouw maar…’
Ik dacht: ik doe iets niet goed. Die dames denken kankergezwellen ter grote van basketballen in zeven weken weg en ik heb al weer een koortsblaar op mijn neus.
Nieuwe boeken gehaald. Ze hadden titels als ‘De verborgen dynamiek van familiebanden,’ ‘De herontdekking van het ware zelf,’ ‘Hoe ontmoet ik mijn tweelingziel,’en wederom was het simpel. Ik had gewoon nog last van verborgen loyaliteiten en schoot te vaak in mijn kindbewustzijn. Al wat ik hoefde te doen was vergeven en loslaten en … van mijzelf houden. Dus nog een keer alles onder de loep. Wat had ik over het hoofd gezien, wie had ik nog niet vergeven en waarom hield ik niet van mijzelf? Ik vond links en rechts nog wel een dingetje, loste het op, dacht ik, maar mijn portemonnee werd leger en de liefde van mijn leven reageerde niet op al die positieve gedachten die ik over hem het Universum in had gestuurd. Ik dacht: ik doe iets niet goed. En ik dacht: Iedereen schrijft dat het zo simpel is, maar kennelijk is het Godvergeten moeilijk, want ik krijg het maar niet voor elkaar.
Nieuwe boeken gehaald. Dit geen keer geen doe-het-jezelf-boeken maar spirituele autobiografieën. Ik hoopte in ieder geval daar in te lezen dat het niet eenvoudig was. Maar ik las over Goeroe’s die altijd op het juiste moment verschenen, over altijd aan hun zijde staande partners, over reïncarnatietrippen die rustig een week duurde waaruit bleek dat het eigenlijk een Egyptische prinses betrof of te maken had met een boodschap van Judas himself. En er was altijd geld om even in een vliegtuig te stappen naar één of andere Indianenstam om mee te zweethutten of om een alternatieve voedingsdeskundige te bezoeken in Chicago. En er waren nooit twee kleine kinderen om voor te zorgen.
Ik dacht: Misschien moet ik het zoeken in de spirituele fictie. De Nederlandse roman is vaak doorspekt met sombere depressiviteit, wellicht kom ik daar iets tegen waar ik iets mee kan want ik kom er niet uit en het schijnt zo simpel te zijn terwijl ik het maar niet voor elkaar krijg, ik doe dus iets niet goed.
De spirituele fictie maakte het zo mogelijk nog gekker. Als ik lag te masturberen verscheen er nog geen Engel aan mijn bed, laat staan een autistische schilder die de liefde van mijn leven bleek te zijn. Ik las ze met plezier maar schoot er niets mee op.
Maar in al die boeken, ja, ik lees veel en graag en snel, stonden wel dingen waar ik van dacht, daar kan ik wél iets mee, dat sluit aan bij wat ik zelf denk. Dus nog maar een keer alles onder loep, want vooral de boodschap over weerstand was er diep ingegaan bij mij. Dus elke gedachte moest worden onderzocht en juist waar ik de kriebels van kreeg was de moeite waard om dubbel en dwars bekeken te worden. Soul-searching werd mijn tweede natuur. Waarom denk ik dit, doe ik dit, zeg ik dit? Mijn leven werd: ‘Zen, en de kunst van het motoronderhoud.’ Een prachtig boek over de gekmakende neerwaartse spiraal van het denken naar één punt.
Ik dacht: ik moet het over een andere boeg gooien. Geen grote toekomstwensen meer, gewoon leven in het nu en ging het zoeken in de oosterse filosofieën. Nu is het goed, nu heb ik te eten, nu hoef ik mijn rekeningen niet te betalen en dat werkte enigszins totdat de herinneringen zich opstapelden op mijn bureau en ik dacht: Wat nu? En als ik schrijfsels van mijn hand met bedankt-maar-bedankt-brieven terugkreeg, dacht ik: Ik heb het Boeddhistische scheppen-om-het-scheppen-principe goed onder de knie maar bevallen doet het mij niet. En wat moet ik met al die seksuele energieën die ik naar boven dien te transformeren. Ik wil God helemaal niet worden. Als ik dat gewild had, dan had ik niet geboren hoeven worden want dat was ik immers al. Ik ben een mens, ik ben een vrouw, ik wil dat ook zijn. Het ego klein houden is een leuke opgave als je verlicht bent maar is het nu echt de bedoeling dat ik als een soort Oblomov de rest van mijn leven op de bank ga zitten kneuteren met mijn twee jongens tot ze ergens in de dertig zijn en op vrijdagavond tegen mij zeggen: ‘Mam, pak jij de kaarten, dan pakken wij de biertjes.’ Zonder zwemdiploma’s, zonder ooit op muziekles te hebben gezeten omdat mama het niet kon betalen. Maar wéér was het zo simpel allemaal, een uurtje mediteren, ‘hum’ op een inademing, ‘so’ op een uitademing, zo natuurlijk, zo bevrijdend, en ik zou één, twee, drie vervuld worden met een gelukzalig gevoel dat nooit voorbij zou gaan en dat mijn behoefte aan ordinaire aardse zaken zoals een paar centen en een vent teniet zou doen. Terwijl de gemiddelde Boeddhistische monnik er toch snel zo’n tweeënveertig jaar over doet voordat hij verlicht is, als hij voor die tijd niet krankzinnig is geworden. Ja, die geschriften zijn iets moeilijker te vinden, echter ze bestaan.
Moedeloos werd ik ervan, wat ik ook probeerde, het was zo simpel, welke stroming ik ook aanhing, en ik kreeg het niet voor elkaar. Had ik dan echt zo’n bloedhekel aan mijzelf? En kon daardoor geen man van mij houden, want wie niet van zichzelf houdt, zal niet geliefd zijn? Want dat was toch wel de onderliggende boodschap van al het geschrevene.
Boekhandel ‘De wijze Kater’ bracht geen uitkomst meer. Had ik voorheen altijd, zo vond ik zelf, een gelukkige hand van pakken uit de kast, nu legde ik na de achterflap te hebben gelezen, het boek weer neer. Dezelfde theorie, anders opgeschreven. Dan kon ik net zo goed nog een keer lezen wat ik thuis had staan. Maar ik hoefde ze niet nog een keer te lezen, ik kan geen telefoonnummer onthouden, maar noem mij je kwaal en geef je de bijbehorende affirmatie. Vertel mij je geschiedenis en ik zeg je ten aanzien van welke ouder jij een verborgen loyaliteit ontwikkeld hebt. Ik heb een goed geheugen voor zinloze informatie.
Ik zeg niet dat al die boeken complete onzin zijn, er staat zeer veel in geschreven wat de moeite waard is te onderzoeken en wat wel degelijk hout snijdt, maar ik kwam er dus niet uit.
Toen kreeg ik het boekje ‘Houden van wat er is.’ Mijn haren gingen ervan overeind staan, de stelligheid waarmee beweerd werd dat God verantwoordelijk is voor elke scheet die je laat en dat wat je niet hebt, dat je dat ook niet nodig hebt. Maar weerstand tegen iets, zo had ik mijzelf inmiddels ingeprent, was belangrijk te onderzoeken. Zou ‘Het Werk’ bevredigende antwoorden geven op de vragen waar ik mee zat? In gedachten reisde ik naar een willekeurig derde wereld land - elke stellig geponeerde waarheid moet wereldomvattend zijn, in mijn optiek - nam een uitgemergeld beriberikind, met vliegen in de ogen bovendien, op schoot en troostte het met de woorden: Jij kunt nu wel willen eten, het is er niet schatje, dus jij hebt geen eten nodig, jij bent alleen geboren om te sterven en dat doet mij verder niets want zo wil God het graag, dus ik ook. Gelukkig, dat boek hoefde ik niet te lezen.
Ik had al die boeken natuurlijk niet hoeven lezen maar ik deed het wel. En soms, best wel vaak nog eigenlijk, als ik bijvoorbeeld ga glimlachen vanwege een absurde fantasie over een echte man, schiet ik weer in het hoe-wat-waarom van mijn gedachten en of daar de oorzaak en de oplossing ligt en of ik eigenlijk wel genoeg van mijzelf houd? Maar hoe zou ik niet van mijzelf kunnen houden? Ik, die al 37 jaar met mijzelf opsta en naar bed ga. In voor- en tegenspoed, in trouw en ontrouw, tot de dood mij zal scheiden.
Mooiste moment van de dag: Vanmiddag keek ik naar mijn jongens en dacht: Wat zijn jullie mooi en wat ben ik verliefd op jullie. Hoe jullie mij gelukkig maken. Hoe ik jullie nodig heb. Als er toch iemand was die vond dat een mens een ander mens nodig had, dan was het God wel. Anders had Hij het echt wel bij Adam gelaten. Mensen hebben mensen nodig. Niet om zichzelf te verwezenlijken, niet om hun levensgeluk aan op te hangen maar om zichzelf en hun levensgeluk mee te delen. Maar ook hun verdriet en hun twijfels en hun wensen en alles wat zij zelf te bieden hebben.

Monday, September 05, 2005

Maandag 5 september 2005

Staan mijn sterren gunstiger? Is het de zon die al weer een paar dagen zijn best doet, of de absurde fantasie in mijn hoofd die zo absurd is dat hij zelfs hier niet opgeschreven kan worden, ja, ook ik heb nog geheimen voor mijn dagboek en ja, het heeft te maken met een echte man en is een twijfelgeval tussen wens en intuïtie. Wat het ook is, het gaat weer wat beter.
Toch, ergens maakt mij dat huiverig en denk ik: Is dat wel echt zo, Nicoline? Of heb je weer de gebruikelijke ik-fantaseer-mij-zelf-weer-blij-methode toegepast? Die fantasie gaat verder eigenlijk nergens over. Het zou een mooi voorbeeld zijn van de gecompliceerd vallende dominostenen van het lot. Een vermakelijk voorbeeld, wat mij doet glimlachen, meer niet. Maar ik ben altijd ongelofelijk streng tegen mijzelf. Ik weet, ik zou milder mogen zijn, probeer dat ook wel maar elke gedachte moet onder de loep. Dat gaat bij mij dus als volgt:
Het gaat weer wat beter, komt dat door a, b of c? Zie eerste alinea. (Brrr, hoe ik een hekel heb aan meerkeuzevragen.) Stel dat het door c komt: weet je nu nog niet Nicoline, dat het geluk niet bij een ander te halen valt? Ja wel, dat weet ik allang. Alles wat ik ben, ligt in mijzelf besloten. Alleen ik kan mijzelf verwezenlijken. Vind je het dan niet een beetje triest van jezelf dat je een man nodig hebt om weer te gaan glimlachen? Ja, misschien wel. Maar waarom zou ik geen man nodig mogen hebben? Waarom mag ik mijzelf niet weer een relatie wensen? Zoals ik net al zei, alles wat ik ben, ligt in mijzelf besloten, dat weet ik heus wel, ik kan en wil mijn levensgeluk niet ophangen aan een ander. Ik zou het alleen graag in iemands ogen weerspiegelt zien. Mag dat soms niet?
Mooiste moment van de dag: Vanmiddag, na een watergevecht dat de spuigaten uitliep en mij noodde tot streng optreden, sloeg mijn oudste jongen volkomen onverwacht zijn armen om mij heen. ‘Ik houd van je, mama,’ zei hij. Ik was zo blij dat hij dat eindelijk weer gewoon overdag tegen mij kon zeggen, in plaats van na een weekend weg te zijn geweest, dat ’s nachts huilend aan mij te vertellen. De scheiding heeft hem zeer doen worstelen met zijn liefde voor mij. Alsof hij niet van mij zou mogen houden. Waar staat geschreven hoe het zit met houden van een ander en wat een mens zou mogen wensen? Nou, ik weet wel een paar boeken. Ik kom er morgen op terug. Er plopte overigens net een mail binnen van een man die wel zulke klare, krasse taal schreef waardoor ik breed moest grijnzen, dat ik besloten heb de blind date die ik voornemens was te hebben voor het einde van mijn blog - al gebruikt hij dezelfde aanhef als mijn vader - met hem aanga. Een mens moet toch minstens één keer in het leven een blind date hebben. Waar staat dat geschreven? Hier dus.

Sunday, September 04, 2005

Zondag 4 september 2005

‘Ik heb vandaag een rustdag,’ zei Maria, toen ik mij had neergelegd bij de gedachte dat men mij godsdienstwaanzinnig zou vinden - ik wil nu eenmaal graag met haar praten - en haar vroeg een gesprek met mij te hebben. ‘Vind je het goed als we het een andere keer doen?’
‘Ik vind het uitstekend en herkenbaar,’ antwoordde ik, ‘ik ben ook toe aan een rustdag en ik zeg ook wel eens tegen mijn jongens: nu even niet, mama is bezig.’
Mooiste moment van de dag: De halfslapende, stille omhelzing - bij thuiskomst - van mijn jongste jongen. Mijn oudste jongen had slechts tijd voor een vluchtige kus. Hij praat zichzelf altijd het huis weer in.

Saturday, September 03, 2005

Zaterdag 3 september 2005

De teleurstellende tien:

10.
9.
8.
7.
6.
5.
4.
3.
2.
1.

Deze lijst is leeg en zal dat altijd blijven. Ik schreef het reeds twee keer eerder: Teleurstelling is enkel het gevolg van te hooggespannen verwachtingen.
Ik ben een mens die er van houdt mijn eigen verantwoordelijkheid te nemen. Er is geen man of minnaar die mij teleurgesteld heeft waarvan ik niet achteraf, de ene keer sneller dan de andere keer, de oorzaak in mijzelf gevonden heb. Ik heb het niet over eigen stomme schuld - afgezien van dat eigen verantwoordelijkheid en eigen schuld twee heel verschillende dingen zijn, zoals ik ook al eerder schreef – ik geloof niet zo in het fenomeen eigen schuld. Je ziet en draagt wat je aankan op dat moment, dat verschilt per dag en verandert gedurende de tijd die er overheen gaat.
Soms denk ik, waarom zit ik zo in elkaar, waarom kan ik niet gewoon eens een keer iemand flink op zijn bek rammen, de huid vol schelden, vertellen wat er allemaal niet klopt, wat zijn probleem is, wat hij anders zou moeten doen, waarom hij handelt zoals hij handelt, en op die manier de oorzaak van mijn teleurstelling voor eens en voor altijd bij hem neerleggen. Maar zo zit ik niet in elkaar.
Ik stel dezer dagen de nodige mensen teleur, zo blijkt uit de reacties die ik krijg. Ze ontdekken mijn blog, vonden het mooi of herkenbaar maar de volgende dag, of de dag daarop of van mijn part de dag dáárop, schrijf ik iets anders dan zij gehoopt, verwacht of nodig hadden. De volgende dag gebruik ik woorden die hen niet aanstaan, begin ik niet goed of eindig ik op een manier die hun niet zint. De volgende dag ben ik te somber naar hun smaak of juist te lichtvoetig. De volgende dag dekken zij de pijn in hun eigen hart die ze gevoeld hebben naar aanleiding van iets wat ik schreef weer toe met bijvoorbeeld een advies aan mij. De volgende dag…
Op de zevende dag keek God toe en zag dat het goed was. Had Hij onderweg misschien Zijn bedenkingen gehad of de zee wel blauw genoeg was en de olifant wel grijs genoeg, toen Hij het totaal overzag, had Hij aan Zijn eigen verwachtingen voldaan.
De teleurstellende tien is leeg en zal dat altijd blijven. Zelfs mijn eigen naam zal daar niet op verschijnen. Ik voldoe aan mijn verwachtingen, elke dag weer. Niet omdat ik weet wat ik ten aanzien van mijzelf kan verwachten, want ik verbaas mijzelf regelmatig, of omdat mijn verwachtingen ten aanzien van mijzelf zo laaggespannen zijn, O, nee, maar omdat ik het doe, omdat ik doorga. Dat is voor mij het enige wat telt. En kijk ik na 180 dagen om en zie ik een veel te grijze olifant lopen, so be it, zo grijs moest hij zijn. Voor mij, niet voor jou. Ik ben niet wat jij zoekt.
Mooiste moment van dag: Ik stel ook veel mensen niet teleur, zo bleek vanochtend weer uit een mailtje. Toch, zo lang ik mijzelf maar niet teleurstel, daar gaat het mij om. Ik vind grijs trouwens een mooie kleur en Robbie Williams een lekker ding. Vond het zeer aangenaam met hem op de bank ook al hebben we niet geneukt en vooral juist de eerste zinnen deden en doen mij persoonlijk breed grijnzen, zo niet schaterlachen. Misschien nodig ik hem vanavond weer uit. Mijn jongens zijn vandaag naar hun vader gegaan, mochten we nu wel neuken dan hoef ik in ieder geval niet bang te zijn dat ze wakker worden. Ook dit schreef ik eerder: ‘Ik ben een non, ik ben een hoer.’ Ik houd van bidden en van neuken.
Ik ben een hooggespannen verwachting die ík nakom, ik zal vinden wat ík zoek, zoveel is zeker. Het zal mij niet teleurstellen maar jou misschien wel. Nogmaals, ik ben niet wat jij zoekt. En omdat deze week kennelijk citatenweek blijkt te zijn en de teleurstellende tien zo akelig leeg en wellicht daarom teleurstellend is, tien oneliners die mij in ieder geval plezieren:

10. Your happy destiny is unavoidable. Neale Donald Walsch.
9. I’m only wearing black until they make something darker. Komt van een T-shirt.
8. Let go and let God. Zou ik graag op een sticker hebben om achterop mijn fiets te plakken, gewoon om te provoceren, vooralsnog staat het op mijn keukenmuur geschreven zodat ik al roerende in de pannen daarmee in debat kan.
7. Een eigenwijs mens komt nooit alleen. Die is van mij.
6. Het laatste wat sterft is hoop. Die is van Arnon Grunberg.
5. I’m not a fashion victim, I can afford it. Komt uit een Engelse Vogue. Is momenteel niet zo, dat ik mij alles kan veroorloven maar ik blijf hem briljant vinden.
4. We hebben alles maar waarom eigenlijk? Komt uit een NRC. Is momenteel ook niet zo maar ik blijf hem de overdenking waard vinden.
3. Either you agree with me, or you’re wrong. Gisteren gezien op een T-shirt.
2. Fuck love, all you need is a good pair of shoes. Weet niet van wie die is.
1. I’m glad that spending a night with me, guaranteed you celebrity. Robbie Williams.

Friday, September 02, 2005

Vrijdag 2 september 2005

Eigenlijk had ik vandaag een goed gesprek met Maria willen hebben, ja, u weet wel, de moeder van, maar ik dacht: Straks denken mensen nog dat ik godsdienstwaanzinnig ben, dus toen besloot ik een goed gesprek met Robbie Williams te hebben, ja, u weet wel, ‘the one - volgens eigen zeggen - who put the Brit in celebrity,’ de natte droom van menig vrouw. En nee, dit was nu eens geen denkbeeldig gesprek. Hij zat echt bij mij op de bank.
‘Zullen we neuken?’ Vroeg Robbie.
‘Nee,’ zei ik.
‘Waarom niet, houd je niet van seks?’
‘Jawel.’
‘Ben je ongesteld?’
‘Nee.’
‘Heb je dan soms hoofdpijn?’
‘Jezus Mina, Robbie, hoeveel cliché’s kan jij op een vrouw loslaten?’
‘En jij op een man.’
‘Sorry.’
‘Zal ik jou eens vertellen waarom zo’n mooie vrouw als jij bent, en alleenstaande moeder bovendien, niet aan een man kan komen?’
‘Nou, Robbie, vertel jij mij dat eens, ik ben benieuwd wat jij aan de lijst van redenen hebt toe te voegen.’
‘Jij, die altijd zo graag voelt wat ze denkt, jij bent je eigen vooroordeel geworden, schatje.’
‘Zou je denken?’
‘Weet ik veel, joh, je denkt toch niet dat ik überhaupt een seconde na denk over dit soort zaken.’
‘Ja, als ik eerlijk ben, gezien de teksten van je liedjes, denk ik dat wel. Waarom zou ik je anders uitgenodigd hebben?’
‘Om te neuken natuurlijk.’
Mooiste moment van de dag: Mijn oudste jongen deelde mij vanmiddag mede dat hij nooit autocoureur wil worden. Dat was een pak van mijn hart. Hij wordt zanger, rockzanger wel te verstaan en geheimagent. Nou ja, als hij maar geen voetballer wordt, ze schoppen hem misschien half dood, maar liever dat nog dan een bord voor zijn kop… Poeh, hoe in de war kan een mens zijn als je Boudewijn de Groot opzet en Robbie Williams terzijde laat liggen?

Thursday, September 01, 2005

Donderdag 1 september 2005

Een nieuwe maand, een nieuw begin. Gegoochel met de feiten, deel 5.
De een-gedicht-versie van een waargebeurde liefdesgeschiedenis.

Als jij je nu eens omdraaide
Met je rug tegen de klok
Met je handen voor de ogen
En er zo een tijdspanne van nul ontstond
Dan legde ik jou
Met terugwerkende kracht
De woorden ik houd van jou
Weer in de mond

Tik-tik tik-tik tik-tik
Piep-piep
Nieuw bericht nu lezen NEE

Voor eeuwig ongelezen opgeslagen
In het geheugen van mijn telefoon
Je brak mijn hart
GODVERDOMME

Als jij je nu eens omdraaide
Als jij je nu eens
Als jij
En ik
Misschien dan
Dat wij
Tik-tik tik-tik tik-tik
Waarom leven in het nu
Als dat uit voltooid verleden tijd bestaat
Je hebt mijn hart gebroken
Godverdomme

Wednesday, August 31, 2005

Woensdag 31 augustus 2005

Ik had vandaag een goed gesprek met God. Ja, u weet wel, die Ene. Het evenbeeld van de mens. Natuurlijk was het een dénkbeeldig gesprek. Ik weet heus wel dat die onzichtbare stem in mijn hoofd een verzinsel van mijzelf was. Maar misschien ook niet, wie zal het zeggen?
Enfin, ‘Was will das Weib?’ klonk een doordringende stem door de coupé terwijl de trein stapvoets door de weilanden pufte. Druk telefonerend hun vertraging door te bellen, keek niemand van de overige treinreizigers op of om. Ik was klaarblijkelijk de enige die het hoorde.
‘Pardon,’ zei ik, wat om mij heenkijkend waar die stem vandaan kwam, ‘heeft U het tegen mij?’
‘Ja,’ zei God, ‘wat wíl jij nu eigenlijk?’ en Hij nam plaats op de lege stoel naast mij. ‘Elke keer als Ik aanbied je even te dragen, stuur je Me weg. Dan zeg je, ik loop toch nog, ik kom toch vooruit, gaat heen naar waar U harder nodig bent. Maar als Ik dat dan doe, loop je vervolgens te vloeken en te tieren dat jij je zo verlaten voelt.’
‘Vindt U dat erg, dat ik vloek?’ vroeg ik enigszins geschrokken.
‘Dat vloeken stoort Mij niet, Ik vloek zelf ook wel eens. Ik heb er wel een hekel aan, voorzover Ik ergens een hekel aan heb, als mensen die niet in Mij geloven, vloeken. Wat heb Ik er mee te maken, vraag Ik Mijzelf dan af? Maar als Ik Mijn hoofd tegen een keukenkastje stoot, dan zeg Ik echt geen verdulleme hoor. Ik zit meer in over dat verlaten voelen van jou.’
‘Voelt U zich dan nooit verlaten?’
‘Nee’ zei God. ‘Dat kan ook niet want Ik ben de Verlatenheid Zelve.’
‘U bent de Verlatenheid Zelve?’ vroeg ik verbaasd. ‘Ik geloof niet dat ik dat snap. Ik dacht altijd dat U de Geborgenheid Zelve was, althans dat is mij verteld.’
‘Jij snapt het niet, omdat je niet goed luistert.’
‘Dat zei Barbie gisteren ook al tegen mij.’
God keek mij streng aan. ‘Houd op met overal een grapje van te maken, Ik vertel je iets belangrijks. Ik zei: Ik ben de Verlatenheid Zelve. Zeg Mij na.’
‘Ik ben de verlatenheid zelve.’
‘Snap je het nu?’ vroeg God.
Ik knikte. ‘Ja, ik denk het wel.’
Mooiste moment van de dag: Ons buurmeisje van één en een half en een kwart schoof weer aan. Ze vroeg niet eens meer of ze mee mocht eten maar pakte een hand rijst van het bord van mijn jongste jongen. Toen ging ze zitten om, zoals ze zelf zei, even naar hem te kijken. Daarna gaven mijn jongens de planten - die erbij stonden als dorre akkers hunkerend naar regen - en met haar hulp, de keukenvloer water. En ik dacht nog wat na over mijn gesprek met God, die was opgestaan met de woorden: ‘Dan laat Ik je nu weer alleen want jij wilt altijd graag voelen wat je denkt, toch?’

Tuesday, August 30, 2005

Dinsdag 30 augustus 2005

Ik had vanavond een goed gesprek met Barbie. Ja, u weet wel, die pop. Het toonbeeld van de ideale vrouw. Natuurlijk was het een dénkbeeldig gesprek. In de war en toe aan therapie als ik mag zijn, ik weet heus wel dat Barbie niet echt kan praten.
Het kwam doordat mijn jongens mij vanmiddag vertelden dat de zes actionmannen die ons huis rijk is, allen verliefd op haar zijn. Dus toen zij op bed lagen, nam ik mijn ouwe trouwe, nog strak gelijnde Barbie, als had zij gisteren een lift ondergaan, op schoot. Die twintig keer met mij mee verhuisde Barbie om overgedragen te worden aan het eventuele vrouwelijke nageslacht, en die nu dus werkzaam blijkt te zijn als hoer in oorlogsgebieden.
Ik zeg: ‘Goh Barbie, vertel mij eens hoe jij aan een schare van gespierde aanbidders, getooid met extra mannelijk makende littekens op wangen en tatoeages op bovenarmen en sixpacks die ik in één avond niet zou weten te slechten en ik kan best hard drinken, komt?’
Barbie zegt: ‘Ik ben blond, ik heb tieten en ik ben dom.’
Ik vraag: ‘Is dat wat mannen willen?’ Waarop zij zegt: ‘Je moet niet alles willen snappen.’
Na even nagedacht te hebben, zeg ik: ‘Dat vind ik anders best een flinke wijsheid voor een vrouw die zegt dat ze dom is.’
Barbie barst in lachen uit. ‘Joh, wat weet ik daar nou van. Ik heb dat gelezen in een boekje met wel honderd citaten. Dit was de enige die ik kon onthouden. Ik weet helemaal niet wat ik zeg, maar het heeft wel wat.’
Ze inspecteert haar nagels.
‘Maar Barbie, wil jij dan niet voelen dat wat je zegt een waarheid is?’
‘Meid,’ zegt ze, ‘hou op, schei uit, ik ben van plastic, ik voel niks. Bovendien, er is maar één ding wat ik echt belangrijk vind.’
‘Wat dan?’ vraag ik.
‘Dat vrouwen boven de dertig zich verplicht zouden moeten opmaken. Zeker als ze dikke oogleden hebben.’
Ik spring in de verdediging. Vanuit mijn ooghoek zie ik zes actionmannen positie innemen, ja, kom niet aan hun liefje. ‘Ik heb vandaag bijna niet gejankt en dat ik onopgemaakt in de trein zat vanochtend kwam doordat er visagie aanwezig zou zijn op de set en dan word ik geacht zonder make-up te komen.’
‘Kind,’ zegt Barbie, ‘maak je niet druk, jank zoveel als je wilt, als jij denkt dat je daar mooier van wordt, ga je gang, maar gebruik dan in Godsnaam waterproefmascara.’
‘Dat is slecht voor je wimpers,’ zeg ik.
‘Hoe weet je dat?’ vraagt Barbie.
‘Dat heb ik ergens gelezen.’
‘En dan is het zo?’ zegt ze, terwijl ze me brutaal aankijkt.
Ik zeg: ‘Ja, want jij bent lekker bezig, jij herhaalt een zin die je uit een citatenboekje hebt. En nu pretendeer je dat je de wijsheid in pacht hebt.’
Barbie schudt haar hoofd. ‘Volgens mij zei ik net dat ik dom was. Luister je eigenlijk wel naar me?’
Mooiste moment van de dag: Het is een beetje een rare, maar het is de comment die Kees vanavond plaatste bij de tekst van gisteren. Ik krijg zoveel hartverwarmende comments, dat ik er stil van word. Ook heel veel e-mails, waarvan velen prachtig zijn. Dank daarvoor allemaal. Ik ben verbaasd over de compassie die mensen voor een vreemde kunnen voelen en ik vind dat mooi aan de mens. Dus waarom speciaal die van Kees? Omdat ik ook heel veel krijg thuisgestuurd waar ik in de war van raak, het gevoel van krijg dat ik mij moet verdedigen, extra uitleg dien te geven, sneller moet gaan dan ik kan. Mijn hoofd gaat tollen van zoveel aan- en opmerkingen, met name mannen die eerst 'wow' zeggen en vervolgens een stukje eenvoudige betweterigheid over mij uit storten waar je U tegen zegt. Ik dacht even vanavond er niet uit te komen. Wat ik wilde zeggen, stuiterde alle kanten uit. Het ontbrak mij aan de puf. Toen las ik die van Kees en daar haalde ik de energie uit. Er is een e-mail mogelijkheid, die mag gebruikt worden, en ik begrijp, gezien de inhoud van velen, dat mensen dat liever of the record doen, maar wat ik te zeggen heb, doe ik hier, in de openbaarheid, en alleen hier. Ik tracht mij nergens voor te schamen, dat is belangrijk voor me, zelfs niet voor een goed gesprek met Barbie. Hoe in de war dat ook mag overkomen. Niemand hoeft van mij moeders en minnaars te lezen, niemand hoeft mij de hemel in te prijzen. Maar als je wilt hakken, dan vraag ik je, zoek een boomstam en laat mij met rust.

Monday, August 29, 2005

Maandag 29 augustus 2005

Stel, ik was een schatgraver. Zou jij mij dan, op het moment dat we samen mijn schep op iets hards hoorden stuiten, adviseren met dat graven te stoppen? Zo van, ‘Joh, meid, je ziet er moe en bezweet uit, leg die schep weg, ga naar huis, doe je haar goed en bouw met je prachtige kinderen een zandkasteel of van mijn part graaf je een kuil tot aan water, maar kap hiermee.’
Stel, ik was een graalridder. Zou jij mij dan een halt toe roepen terwijl de burcht Montsalwatsch voor mij opdoemt? Me overtuigen rechtsomkeer te maken met de woorden: ‘Gaat heen, naar je op een beurt wachtende kuisheidsgegordelde vrouw. Wat moet je met een kelk als je een kut tot je beschikking hebt?’
Stel, ik was Boeddha himself, why not, zou jij dan na elf jaar en elf maanden naast mij komen zitten onder die boom en zeggen: ‘Hé kale, wat zit je hier te zoeken terwijl je een paleis hebt, centen, een vrouw en een kind? Je bent al zo lang bezig, vind je het niet genoeg geweest. Wees blij met wat je hebt, je hebt meer dan velen anderen.’
Stel, ik was een vrouw van 37 jaar met twee gezonde jongens en ik begon een blog voor 180 dagen en die ontpopte zich tot een ware pelgrimstocht op zoek naar mijzelf. Zou jij dan vinden dat ik, nu ik een paar nieuwe lezers gescoord heb vanwege een stukje in het VK Magazine, en dus bewezen heb (?) dat ik talent heb, over moet gaan tot gelukkig zijn en kattebelletjes schrijven?
Als er iemand is die van snel houdt, dan ben ik het wel. Ik heb de snelle weg al vele malen trachten te bewandelen. Hups, Nicoline, draaien in dat hoofd, kijk hoe goed je het hebt.
Ik weet hoe goed ik het heb. Ik had wel elke zaterdag een lijstje kunnen plaatsen bestaande uit tien mensen die het slechter hebben, tien dingen die erger zijn, tien echt vreselijke zaken die een mens kunnen overkomen etc. Maar zelfs als ik daar niet naar kijk, weet ik hoe goed ik het heb. Waarom ik dan nog steeds niet uitgezocht ben? Waarom ik die schatkist wil boven halen terwijl ik niet weet wat er in zit? Waarom ik een beker najaag waarvan het verre van zeker is of dat wel diegene is die het bloed heeft opgevangen? Waarom ik onder een boom ga zitten terwijl ik alles heb wat mijn hartje begeert?
De snelle weg deed mij telkens weer belanden in wat ik de valkuil van het positieve denken noem. Om je heen kijken, zien hoe goed je het hebt, je zegeningen tellen en dan ineens weer die schreeuw van mijn ziel dat mijn wens groter is dan dit, wat ik heb. Mijn ziel schreeuwt niet om geld of materialistische zaken, noch om een man of een uitgever (misschien een beetje). Vraag me niet waar mijn ziel dan wel om schreeuwt, want ik weet het even niet. Ik weet wel dat ik zal vinden wat ik zoek.
Mooiste moment van de dag: Het is natuurlijk een dooddoener van het eerste uur, echter wel waar. Het gaat niet om de bestemming maar om de reis. Dat inzicht is reeds neergedaald. En daar bedoel ik mee dat het voorbij het verstandelijke ‘ja, ja, dat weet ik wel,’ is gekomen. Verstandelijk weet ik het allemaal heus wel, dat is het probleem niet. Maar ik wil het voelen, ik wil het zijn. Ik ben wat ik zoek. Ik wentel mij er niet om maar ik verzet mij er ook niet meer tegen. Ik heb lang genoeg en vaak genoeg ‘kop op’ tegen mijzelf gezegd. Nu zeg ik ‘kop uit.’ En ik laat mijn tranen stromen.